Rapport PSV-Ajax: amateuristisch protesterende Boscagli negatieve uitschieter

Rapport PSV-Ajax: amateuristisch protesterende Boscagli negatieve uitschieter

23-01-2022 16:35 Laatste update: 16:42
308

Ajax moest de wintertitel aan PSV laten, maar heeft eind januari een mokerslag uitgedeeld in Eindhoven, met mogelijk beslissende gevolgen voor de titelrace van dit seizoen. Mario Götze maakte de 0-1 van Brian Brobbey nog ongedaan, maar dankzij een veelbesproken treffer Noussair Mazraoui won Ajax alsnog met 1-2 in het hol van de leeuw. VoetbalPrimeur deelt rapportcijfers uit na een interessante kraker.

PSV
Joël Drommel – 5: In de uitwedstrijd tegen Ajax kreeg hij vijf schoten op doel om de oren, die er alle vijf in vlogen. Ook in Eindhoven kon de doelman zich niet onderscheiden: bij een vrije trap van Steven Berghuis werd hij nog gered door de lat, bij de treffers van Brobbey en Mazraoui viel hem niets te verwijten. Zijn redding tegen Danilo vlak voor tijd ten spijt, Drommel is na een half jaar PSV ook geen keeper gebleken die in dit soort topwedstrijden het verschil maakt.

Jordan Teze – 7: Hoewel hij moest toestaan dat Dusan Tadic op zijn flank de 0-1 voorbereidde, was Teze een van de beteren bij PSV. De revelatie van vorig seizoen raakte zijn plekje even kwijt, maar is er weer: als rechtsback én als centrale verdediger stond hij zijn mannetje.

Olivier Boscagli – 4: Doordat hij gezelschap kreeg van linkspoot Armando Obispo, verhuisde de Monegask naar de rechterzone in het hart van de PSV-verdediging, later kwam hij op het middenveld terecht. In die hoedanigheid maakte Boscagli een duur foutje: hij hield in en protesteerde toen de bal over zijlijn leek, waarna Ajax zich een weg naar de 1-2 combineerde. Of hij nu wel of niet een punt had: pas stoppen als er ook daadwerkelijk gefloten wordt, dat leer je ook in het amateurvoetbal.

Armando Obispo – 5,5: Hij heeft alles mee om een topverdediger te worden: snelheid en een imponerende gestalte, in combinatie met voetballend vermogen, zo bewees hij ook tijdens deze topper. De Ajax-spitsen hadden geen fijne middag tegen hem, maar voor rust was daar dat ene momentje dat hij Brobbey uit zijn rug liet ontsnappen en het niet meer kon corrigeren. En dat soort momentjes maken nu net het verschil tussen een veelbelovende verdediger en een topverdediger.

Mauro Júnior – 5,5: Niet miljoenenaankoop Philipp Max, maar de omgeturnde nummer tien mocht Antony afstoppen. Mauro zette vanaf het begin zijn tanden in de duels met zijn landgenoot, maar bewees vlak voor rust zijn kwetsbaarheid als gelegenheidsverdediger: waar een linksback normaal gesproken rugdekking geeft aan de centrale verdedigers, was ook hij Brobbey helemaal kwijt.

Marco van Ginkel – 6: Na een uur lang draven was de tank leeg. Doorslaggevende acties hebben we niet gezien, maar de PSV-aanvoerder werkte zich een slag in de rondte, maakte keurig zijn verdedigende meters en durfde bij vlagen het randje op te zoeken.

Erick Gutiérrez – 5,5: Na een lange afwezigheid is hij weer terug op het PSV-middenveld. Daar mocht hij zich zondagmiddag vooral bezighouden met het onschadelijk maken van zijn tegenstanders. De Mexicaan speelde een tamelijk anonieme wedstrijd.

Joey Veerman – 7: Invaller tegen FC Groningen, een generale repetitie tegen Telstar en toen moest hij er staan tegen Ajax. De uit Heerenveen overgekomen Veerman moet nog even ingespeeld raken en wennen aan zijn nieuwe ploeggenoten, maar durft wel te voetballen. Na drie wedstrijden staat hij al op één treffer en twee assists: PSV gaat hoogstwaarschijnlijk veel plezier aan hem beleven, als de klap van deze verloren kraker eenmaal is verwerkt.

Ritsu Doan – 6: De snelle Yorbe Vertessen zou Daley Blind als rechtsbuiten in de problemen kunnen brengen, was de verwachting vooraf, maar Doan kreeg een kans op die positie. Dat deed hij zeker in de tweede helft niet slecht, maar het rendement van de Japanner liet te wensen over.

Mario Götze – 7: Als zwervende spits had hij weinig impact, maar in de tweede helft redde hij een punt voor PSV, toen hij zich in de spitspositie meldde. Zijn weinig dwingende aanwezigheid is al vaker besproken, maar het is een paar keer per wedstrijd toch genieten als hij de bal beroert. En als hij nu ook nog gaat scoren…

Cody Gakpo – 5,5: PSV's hoop in bange dagen kon weinig in het spel betrokken worden. Eén keer kwam hij na een prima loopactie door over rechts, maar toen stond er weer niemand van zijn ploeggenoten voor het doel. Na rust was hij toch weer belangrijk, door meedogenloos te handelen na een foutje van Jurriën Timber en de gelijkmaker van PSV in te leiden.

Invallers
Philipp Mwene – 6,5: Kwam na ruim een uur in de ploeg voor Van Ginkel en mocht zich als rechtsback bezighouden met Tadic. Tegelijkertijd bewees hij zijn toegevoegde waarde aan de bal: Mwene combineerde bij vlagen prima met Doan.

Eran Zahavi – x: Viel kort voor tijd in voor Veerman en speelde te kort voor een beoordeling.

Yorbe Vertessen – x: Loste tegelijkertijd Gutiérrez af en speelde ook te kort voor een beoordeling.

Bruma – x: De laatste binnenkomer tijdens deze driedubbele wissel, als vervanger van Doan. Ook hij speelde te kort voor een beoordeling.

Trainer
Roger Schmidt – 5: Vlak na rust verdween hij in het boekje van Danny Makkelie, wegens aanmerkingen op de leiding. Dat de wedstrijd niet verliep zoals hij eigenlijk gewild had, was wel duidelijk: Schmidt stelde PSV in op de vaste basiself van Ajax, wist de tegenstander bij vlagen wel te neutraliseren, maar zag zijn ploeg niet veel grip op de wedstrijd krijgen. De individuele klasse kwam bij PSV te weinig bovendrijven en een gelijkspel was eigenlijk het maximaal haalbare geweest. Zijn drie aanvallende wissels kwamen bovendien een klein kwartier na de goal van Mazraoui, rijkelijk laat.

Ajax
Remko Pasveer – 5,5: Zie Drommel, maar dan in mindere mate. Na een paar makkelijke vangballen werd hij door Götze voor het eerst serieus aan het werk gezet, maar had hij het nakijken. Wel oogde hij een stuk zekerder en betrouwbaarder in het meevoetballen dan zijn PSV-collega.

Noussair Mazraoui – 7: Eén van de beste Ajacieden van dit seizoen hield zich verdedigend staande, moest zijn momenten kiezen om mee naar voren te gaan. Maar toen hij dat deed, stond hij er ook meteen: zijn schitterende afstandsschot zou zomaar eens goud waard kunnen zijn.

Jurriën Timber – 5: IJzig kalm aan de bal, sterk in de duels en uitstekend qua positie kiezen, maar ook de meest talentvolle centrale verdedigers zijn niet onfeilbaar. Het schoonheidsfoutje in minuut 53 bleek een heel dure: PSV dook erbovenop en Götze strafte het onverbiddelijk af. Kort daarna voorkwam hij juist een PSV-goal met een knappe ingreep, maar dat eerdere moment is toch datgene wat blijft hangen: het is het lot van een verdediger, die negentig minuten lang perfect moet spelen.

Lisandro Martínez – 7: Eén keer dook hij onder de bal door, waarna Gakpo gevaarlijk kon worden. Maar Licha was verder nauwelijks op een fout te betrappen en pakte heel soms ook uit met slimme openingen. Dat hij in de blessuretijd geblesseerd het veld uit én weer in rolde, verdient uiteraard niet de schoonheidsprijs, maar bewijst wel waarom hij één van de eersten is die op het wedstrijdformulier van Erik ten Hag verschijnt.

Daley Blind – 5: De linksback leidde de winnende goal van Mazraoui in, maar had geen makkelijke middag. Doan klopte hem af en toe op snelheid en Blind was niet in staat om van achteruit het spel te verdelen, zoals hij juist zo goed kan.

Edson Álvarez – 5,5: Neutraliseerde menig aanval van PSV, maar dat ging al vroeg in de wedstrijd ten koste van een gele kaart. En dus moest hij na rust op zijn tellen passen toen hij opeens één op één met Götze kwam te staan, met een tegentreffer tot gevolg.

Steven Berghuis – 5,5: Afgezien van een enkele prima opening was het niet zijn middag. Eerst zag hij een doorgeschoten vrije trap op de lat belanden, na rust liet hij een opgelegde kans op de 1-2 liggen.

Ryan Gravenberch – 6,5: Zijn loopvermogen blijft een belangrijk wapen voor Ajax: voor rust leidde hij de aandacht van Teze af, waardoor Tadic vrijkwam en de 0-1 kon voorbereiden. Ook als hij zich aan het front meldde, zorgde Gravenberch voor dreiging, al was hij weinig gelukkig in de afwerking.

Antony – 5: Zijn mislukte Neymar-trucje, vlak voor rust bij een 0-1 tussenstand, was een tikje misplaatst. Na zijn weinig succesvolle confrontaties met Owen Wijndal (AZ) en Tyrell Malacia (Feyenoord) kwam hij met landgenoot Mauro opnieuw een bijtertje tegen. Antony heeft al veel moois laten zien dit seizoen, maar zal ook moeten leren om met dit soort tegenstanders om te gaan: in Eindhoven hebben we niet veel van hem vernomen.

Brian Brobbey – 7: Hij liep al op zijn laatste benen en was daarvoor niet bepaald aanwezig geweest, maar kopte toch nog even de 0-1 binnen. Het is voor hem te hopen dat zijn blessure meevalt, want concurrent Sébastien Haller zal toch op scherp staan als hij de statistieken van Brobbey na anderhalf Eredivisie-duel ziet.

Dusan Tadic – 7: Waar hij tegen FC Utrecht zijn gang kon gaan, kreeg hij tegen PSV heel wat minder ruimte. En tóch pakte hij weer zijn moment en toverde hij weer een panklare assist uit zijn linker, nummer veertien van het seizoen alweer. De kans is groot dat Tadic voor het vierde seizoen op rij in de dubbele cijfers gaat eindigen met doelpunten én assists: gaat er ooit nog een Eredivisie-speler komen die hem dat na kan zeggen?

Invallers
Danilo – 5: De derde spits van Ajax kwam vlak voor rust, direct na de 0-1, in het veld voor doelpuntenmaker Brobbey. Na een klein uur spelen kwam hij net tekort, na een mislukte inzet van Tadic, en tien minuten voor tijd verzuimde hij om de wedstrijd voortijdig te beslissen: wat zouden Haller en Brobbey met zulke situaties hebben gedaan, denk je dan onwillekeurig.

Davy Klaassen – x: Viel twintig minuten voor tijd in voor Gravenberch en speelde te kort voor een beoordeling.

Devyne Rensch – x: Maakte de negen minuten durende extra tijd vol als vervanger van Mazraoui. Speelde te kort voor een beoordeling.

Trainer
Erik ten Hag – 6,5: De trainer heeft de meeste mogelijkheden en het beste materiaal in de Eredivisie, maar presteert daar ook naar. De organisatie staat al het hele seizoen, de basisspelers van Ajax weten hoe ze met elkaar samen moeten spelen en de individuele klasse komt altijd weer bovendrijven. De zege in Eindhoven kwam niet zonder fortuin tot stand, maar Ten Hag heeft zijn zaakjes uitstekend voor elkaar en ligt weer op koers voor zijn derde landstitel met Ajax.