VoetbalPrimeur Elftal van het Jaar: trainers

26 mei 2022 om 12:00
Laatste update: 26 mei 2022 om 12:11

Het Eredivisie-seizoen zit erop en dus is het traditiegetrouw tijd voor de samenstelling van het Elftal van het Jaar van VoetbalPrimeur. We hebben alle posities op het veld al behandeld, tijd voor de laatste stemronde: wie was de beste trainer? Dit zijn de genomineerden, op alfabetische volgorde.

Erik ten Hag (Ajax)
Hij kreeg in zijn laatste Ajax-seizoen het nodige voor zijn kiezen, zowel op als naast het veld. Van harte ging het allemaal niet, maar Ten Hag pakte toch weer zijn zesde hoofdprijs met Ajax, met een torenhoog doelpuntentotaal en een zeldzaam laag aantal tegengoals. Nu mag hij zich bij het grote Manchester United gaan bewijzen.

Ron Jans (FC Twente)
In twintig jaar als hoofdtrainer heeft Jans alles wel meegemaakt. Ooit stond hij met FC Groningen op de rand van de Champions League, maar bij FC Twente heeft hij zijn misschien wel mooiste prestatie gerealiseerd. Jans kreeg van technisch directeur Jan Streuer een paar gerichte versterkingen en smeedde er een hecht, moeilijk te verslaan collectief van: en dus is FC Twente – drie jaar na zijn verblijf in de Keuken Kampioen Divisie – veel sneller dan verwacht terug in de Eredivisie-top.

Henk de Jong (SC Cambuur)
Zijn seizoen is overschaduwd door fysieke problemen, maar De Jong heeft wel degelijk een wereldprestatie geleverd met het frisse Cambuur. Toen hij begin december voor het eerst wegviel, was de soevereine heerser van de laatste twee Keuken Kampioen Divisie-seizoenen al bijna veilig. En uiteindelijk hebben de Leeuwarders 29 van hun 39 punten gepakt met De Jong als eindverantwoordelijke.

Joseph Oosting (RKC Waalwijk)
De Drent kwam niet in een gespreid bedje terecht voor zijn eerste klus als Eredivisie-trainer: RKC had zich verrassend gehandhaafd, zag zijn belangrijkste spelers vertrekken en moest met immer bescheiden middelen een nieuwe selectie samenstellen. Oosting stelde echter een uitgekookt team samen, dat stoïcijns zijn puntjes sprokkelde en weinig uitglijders kende. En dankzij een eindsprint werd RKC nog tiende ook, de beste klassering in tien jaar tijd.

Arne Slot (Feyenoord)
Na zijn geruchtmakende vertrek bij AZ bleef hij een half jaartje in de luwte, terwijl Feyenoord met veel pijn en moeite het tijdperk-Dick Advocaat afsloot. Daarna zette Slot Feyenoord naar zijn hand en maakte hij van de counterploeg een geoliede, energieke, onvermoeibare machine: de landstitel zat er nog niet in, maar de net afgesloten Conference League-campagne is een prestatie voor de eeuwigheid.

Kees van Wonderen (Go Ahead Eagles)
Daags voor zijn afscheidsduel bij Go Ahead Eagles dacht Van Wonderen terug aan zijn eerste oefenwedstrijd. "Om me heen hoorde ik alleen maar dat het slecht was en niets zou worden." Hoe anders was de stemming twee jaar later, met de Brink als eindstation? Kowet promoveerde op miraculeuze wijze en hield zich keurig staande op het hoogste niveau, in een regelmatig kolkende Adelaarshorst. Het heeft Keesie Wonderboy een transfer naar sc Heerenveen opgeleverd.