
De twee gezichten van Oranje: Koeman verricht herstelwerkzaamheden tegen Spanje
De eerste wedstrijd, afgelopen donderdag, was een min of meer gelijkopgaande strijd. Het Nederlands elftal kreeg kansen op meer, maar gaf het in de absolute slotfase toch nog uit handen door een late goal van Mikel Merino. Tijd voor ronde twee in de confrontatie tussen Nederland en EK-winnaar Spanje. Deze clash verliep vergelijkbaar, met kansen aan beide kanten en uiteindelijk een penaltyreeks als beslissend moment, die in het voordeel van Spanje uitviel. VoetbalPrimeur maakt een tactische analyse.
Door: Lars Visser
Olmo en Oyarzabal zijn de troeven van De la Fuente
Op voorhand was er al een duidelijke wijziging zichtbaar in de opstelling van Spanje. Dani Olmo en Mikel Oyarzabal stonden in de basis, ten koste van Pedri en Álvaro Morata. De gedachte hierachter: Nederland meer pijn doen vanaf het middenveld. Met Oyarzabal kiest Luis de la Fuente voor een valse nummer 9, in tegenstelling tot Morata, die toch meer een pure spits is. Het verschil is al zichtbaar tijdens de opbouw van Spanje.
Oyarzabal zaait twijfel bij de centrale verdedigers van het Nederlands elftal. Dekken ze door, dan geven ze ruimte achterin weg voor de vleugelflitsers Lamine Yamal en Nico Williams. Stappen ze niet door, dan krijgt de aanvaller van Real Sociedad de ruimte om tussen de linies in te spelen. Hierdoor staan de Nederlandse verdedigers voor lastige keuzes. De slimme, beweeglijke gelegenheidsspits veroorzaakt geregeld problemen voor de Nederlandse achterhoede. Vanaf direct na rust zie je de opdracht van Ronald Koeman: doordekken, om zo de achterhoede van Spanje onder druk te kunnen zetten. Dit maakt dat Nederland er na rust minder moeite mee heeft.
Oyarzabal is aan het zwerven op het middenveld waardoor van Dijk voor een keuze staat om door te dekken, of terug te stappen. (Bron: NOS)
Aan de andere kant is het juist Olmo die, in tegenstelling tot Pedri, een ander type middenvelder is. Olmo is een slimme loper met een neusje voor de goal, terwijl Pedri eerder kan worden omschreven als een dribbelaar en passer, maar met minder loopvermogen. De keuze voor Olmo is om twee redenen te verklaren. Allereerst is het in verdedigend opzicht Olmo die vaak tegenover Frenkie de Jong komt te spelen. In dat geval is het voordelig om een speler tegenover hem te zetten die alle gaten dichtloopt én dat met intelligentie doet.
Daarnaast biedt Olmo ook in aanvallend opzicht voordelen door zijn slimme loopacties. Hij is continu op zoek naar ruimtes om in te duiken. Gecombineerd met de valse nummer 9 levert dit een logische samenwerking op. Bovendien is De Jong in verdedigend opzicht kwetsbaar tegen een loper, omdat hij zijn tegenstander soms uit het oog verliest.
In de omschakeling dendert Olmo over de Jong heen. Let ook op waar de Jong naar kijkt, die heeft niet door dat Olmo uit zijn rug wegsprint. (Bron: NOS)
Koeman zet zichzelf buitenspel
In het eerste gedeelte van de wedstrijd is het duidelijk zichtbaar: Koeman kiest voor een nog extremere variant dan afgelopen donderdag, met Lutsharel Geertruida als controleur kort voor de verdediging. Tegelijkertijd zakt Frenkie de Jong vaak tussen de centrale verdedigers. Waar Geertruida dit afgelopen donderdag ook al deed, had hij toen De Jong veelal naast zich. Nu moet hij zich als enige controleur veel centraler positioneren, en zien we hem zelfs geregeld aan de linkerkant verschijnen. Met andere woorden, Koeman stapt af van zijn standaardopbouwpatroon – de 3-2-4-1 zoals zichtbaar in de eerste wedstrijd – en kiest nu voor slechts één controleur voor de verdediging.
Op het eerste gezicht geen gekke gedachte. Spanje probeert namelijk vanuit een 4-4-2 druk te zetten en met De Jong kan Nederland een overtal creëren tegenover de twee aanvallers (Oyarzabal en Olmo) die de pressing uitvoeren. Tegelijkertijd wordt het nadeel van een ontbrekende middenvelder opgelost door een verdediger door te schuiven naar het centrum. Deze keuze is ook deels gebaseerd op het feit dat Ian Maatsen minder geschikt is om die rol als derde centrale verdediger uit te voeren dan bijvoorbeeld Nathan Aké of Jorrel Hato (die om uiteenlopende redenen niet aanwezig zijn). Waar dit in eerste instantie een logische zet lijkt, kleeft er echter een duidelijk nadeel aan.
De extreem nauwe positie van Geertruida in beeld, terwijl hij daardoor dus als enige controleur voor de verdediging geposteerd staat. (Bron: NOS)
Toch draait Koeman het na iets minder dan vijftien minuten alweer terug. De reden: de counters vanaf de linkerflank vliegen Nederland om de oren. Dit komt door het nadeel van de extreem nauwe positie van Geertruida. Bij een counter staat hij vaak al centraal opgesteld en geregeld ook nog wat verder naar voren. Het probleem daarmee is vooral dat hij zich zo positioneert dat hij in verdedigend opzicht geen bijdrage kan leveren. Combineer dit met De Jong, die zichzelf eveneens vaak ver naar voren uit positie brengt bij een eventuele counter, en Williams krijgt enorme ruimtes om te benutten.
Met zijn snelheid waant hij zich in een speeltuin tegenover Jan Paul van Hecke. Tegelijk hangt dit ook samen met de positie van Maatsen in balbezit. De linksback houdt het veld breed, waardoor hij vaak niet in staat is om de centrale verdedigers van Nederland te ondersteunen. Hierdoor komen zij te vaak in 1-op-1-duels in grote ruimtes, wat enorm gevaarlijk is tegen de snelle vleugelflitsers van Spanje. Zo kan een tactische zet om de opbouw vorm te geven er uiteindelijk voor zorgen dat je jezelf bij balverlies buitenspel zet. Tegelijkertijd realiseert Koeman zich dit ook snel, en hersteld dit dan ook binnen de eerste vijftien minuten.
Door de nauwe positie van Geertruida heeft Williams op de rechterflank alle ruimte, omdat van Hecke ook het centrum moet verdedigen en dus daarin een keuze moet maken. (Bron: NOS)
Nederland toont zijn durf aan de bal pas na rust
In de vorige wedstrijd lag de sleutel in de diepteloopacties van Justin Kluivert en Tijani Reijnders, waarmee ruimte werd gecreëerd voor de Nederlandse buitenspelers om 1-op-1 tegenover hun tegenstander te komen. De la Fuente heeft dit uiteraard gezien en kiest voor een behoudende oplossing: als de eerste druk van Spanje niet slaagt, zakt het hele elftal terug in een laag blok binnen een 4-4-2-formatie. Dit zorgt ervoor dat de ruimtes voor Nederland een stuk kleiner zijn dan in de eerste wedstrijd, waardoor Oranje er in de eerste helft nauwelijks doorheen komt.
De linies van Spanje staan bij balbezit van Nederland kort op elkaar, en de Spaanse buitenspelers geven tot ver op de eigen helft rugdekking aan hun vleugelverdedigers. Hierdoor krijgen Cody Gakpo en Jeremie Frimpong niet dezelfde ruimte om hun tegenstander constant op te zoeken, en komt het Nederlands elftal voor rust eigenlijk niet tot echte kansen.
De vleugelaanvallers van Spanje gaan helemaal terug, om zoals in deze situatie, de vleugelverdedigers rugdekking te geven. (Bron: NOS)
Ook hier heeft Koeman tijdens de rust aandacht aan besteed. De oplossing is in feite simpel: zodra twee spelers op één tegenstander afstappen, staat er elders iemand vrij – meestal op de andere flank. De sleutel ligt dus in een snelle kantelpass en diepgaande middenvelders om ruimte te trekken. Na rust zie je met name Kluivert geregeld diep lopen, waardoor Van Hecke de mogelijkheid krijgt om de bal in één keer breed te openen op Gakpo. Vandaaruit komt hij in de 1-op-1. Op die momenten kan Nederland ook profiteren van een andere zwakte van Spanje: voorzetten bij de tweede paal.
De Spanjaarden krijgen opvallend veel goals tegen uit zulke situaties en dit is duidelijk getraind door de Nederlandse spelers. Zo ontstaat onder andere ook de 1-1, waarbij Memphis Depay wordt neergelegd door Robin Le Normand. Toch profiteert Nederland te weinig van deze momenten, omdat de bezetting te vaak niet in orde is bij de tweede paal. Koeman laat hier wel zien dat Spanje te kloppen is en zijn plan slaagt hier pas in na een kleine omzetting. De dieplopende Kluivert geeft Gakpo de ruimte om sneller aangespeeld te worden. Tegen Spanje moet de tweede paal gezocht worden.
Met dank aan een goede loopactie vanuit het centrum, is de passlijn voor van Hecke vrij, en die herkent dat goed en geeft snel de diepe bal. (Bron: NOS)
Net als in de eerste wedstrijd was het krachtsverschil tussen beide ploegen nauwelijks aanwezig. Nederland bood, na een moeizame eerste helft, in de tweede helft goed weerstand, mede dankzij enkele kleine omzettingen van Koeman. Oranje kreeg een behoorlijk aantal kansen in deze wedstrijd. Uiteindelijk waren het de penalty's die het verschil maakten, in het nadeel van het Nederlands elftal. Toch kunnen Koeman en zijn team terugkijken op een prima prestatie, waarin ze zich kranig hebben geweerd tegen dit Spaanse elftal.