Analyse Lars Visser van Liverpool

Hoe tacticus Slot Liverpool transformeerde tot kampioen van de Premier League

Update: 29 april om 18:00
41

Na liefst negen seizoenen onder Jürgen Klopp kreeg Arne Slot de uitdagende taak om de Duitse oefenmeester te vervangen en Liverpool weer naar de titel te leiden. Dat dit in het eerste jaar ging lukken, hadden weinigen voorafgaand aan het seizoen voorspeld. De oud-trainer van Feyenoord zou tijd nodig hebben om zijn speelstijl te implementeren bij Liverpool, maar niets bleek minder waar: op zeer korte termijn slaagde Slot erin om zijn filosofie te implementeren. Een tactische analyse over het Liverpool van Slot, en de belangrijkste succesfactoren voor dit aanstaande kampioenschap.

Door Lars Visser

Bezet de flank minimaal om tot overtallen te komen
Al vanaf het begin van zijn carrière heeft Slot een filosofie: de flanken op het veld zijn nuttig om een tegenstander ook horizontaal uit elkaar te trekken, maar voorkom het bezetten van de flank met meer dan één speler. Zijn belangrijkste argument daarvoor is dat je in het centrum meer opties hebt om spelers te kunnen bereiken dan aan de zijlijn. Aan de zijkant word je immers beperkt door de zijlijn en kan je al naar één kant niet met de bal – simpele logica.

Daarbij komt ook dat Slot niet gelooft in hoge voorzetten vanaf de achterlijn. Uit de data blijkt namelijk dat slechts 1 op de 80 voorzetten tot een doelpunt leidt. Deze combinatie maakt dat Slot er eigenlijk altijd voor kiest om met linksback Andy Robertson als extra centrale verdediger te spelen, die helpt de opbouw vorm te geven. Aan de andere kant krijgt Trent Alexander-Arnold enorm veel wisselende rollen toebedeeld, waar we later verder op inzoomen. Deze veldbezetting is herkenbaar uit zijn Feyenoord-tijd, waarbij hij vaak soortgelijke opties benutte en geregeld schoof met zijn backs, afhankelijk van de beschikbare spelers. Lutsharel Geertruida gebruikte hij veelal als extra middenvelder, terwijl Bart Nieuwkoop 'gewoon' aan zijn vertrouwde zijlijn mocht blijven staan.


Afbeelding 1: de posities van de centrale verdedigers en Robertson in beeld, eigenlijk als de drie achterste in de opbouw (Bron: Viaplay)

Het grote voordeel van de flank wél altijd bezet houden, is dat je een tegenstander dwingt om ook die ruimtes te verdedigen, waardoor je het veld zo groot mogelijk maakt. Dit heeft voor Slot en zijn Liverpool altijd één doel: overtallen creëren in het centrum. Slot gelooft heilig in het feit dat er altijd ergens op het veld overtallen ontstaan, op deze manier. Daarnaast blijft hij erop hameren dat er durf voor nodig is om deze overtallen daadwerkelijk uit te spelen. Stapt de tegenstander met een aanvallende middenvelder door richting de centrale verdedigers van Liverpool, dan is er dus een middenvelder vrij te spelen.

Op dit spelletje hamert Slot constant bij zijn spelers: ga op zoek naar wat een tegenstander doet en kijk dan hoe wij hierop kunnen reageren. Uiteraard heeft hij hier voorafgaand aan elke wedstrijd al een idee over, maar hij verlangt ook van zijn spelers om hier zelf actief naar te gaan zoeken en risico te nemen om overtallen uit te spelen. Deze patronen bieden ook veel structuur aan spelers, waardoor bijvoorbeeld Virgil van Dijk nu veel comfortabeler oogt in de korte opbouw dan in de tijd daarvoor. Het blijft steeds een spelletje van: waar ligt de ruimte? Zeker als een tegenstander druk zet, is Liverpool veelal in staat om daarvan te profiteren. Hierin legt Slot ook duidelijk meer nadruk dan zijn voorganger. Klopp redeneerde dat je vanuit goed drukzetten kunt scoren; Slot vertrekt vanuit de juiste keuzes in balbezit.


Afbeelding 2: doordat de tweede spelers van Aston Villa allebei de spelers van Liverpool vrijlaten, kan er een overtal ontstaan. Dit herkent Van Dijk, die deze pass inspeelt. (Bron: Viaplay)

En daar zit gelijk ook de crux: de laatste weken vinden steeds meer tegenstanders het antigif tegen deze methode: de ruimtes klein houden en niet doorstappen. Op die manier proberen tegenstanders de ruimtes zo klein te maken dat het enige overtal zich achterin bevindt. Daardoor stokt de machine van Liverpool nog weleens in de wedstrijden tegen minder sterke tegenstanders, want dan werkt het druk uitlokken minder goed dan wanneer een tegenstander wél naar voren stapt.

Dit heeft ook te maken met het feit dat het achterin bij Liverpool dan aan creativiteit en baltempo ontbreekt om een tegenstander echt pijn te doen. Te vaak worden op cruciale momenten de ballen niet snel genoeg gespeeld, of wordt de juiste ruimte niet herkend, waardoor een tegenstander het gat weer dicht kan lopen – zoals ook zichtbaar werd in de wedstrijd tegen Leicester City.


Afbeelding 3: Leicester plooit terug in een 4-5-1, waarbij met name het middenveld en de verdediging zeer dichtbij elkaar staan. Daar staat tegenover dat Liverpool met relatief veel spelers achter de bal staat, waardoor er weinig ruimte is om te voetballen. (Bron: Viaplay)

Alexander-Arnold als belangrijke troef
Zoals al eerder gezegd is Alexander-Arnold één van de troeven uit de hoge hoed van Slot. Het grote voordeel van de Engelsman is dat hij tactisch intelligent is, waardoor hij een ideaal wapen is om in te zetten. De rechtsback kan op verschillende posities uit de voeten en is eigenlijk in weinig opzichten een 'klassieke' rechtsback. Toen Slot in de wedstrijd tegen Manchester City het nodig vond om een rechtsback te hebben die de opbouw kon vormgeven, werd de Engelsman opgetrommeld om als extra centrale verdediger te fungeren. Zijn zeer goede trap en inzicht helpen de ploeg dan om de opbouw vorm te geven en de juiste spelers te bereiken om de overtallen te kunnen creëren.


Afbeelding 4: in tegenstelling tot gebruik bouwt Liverpool in deze wedstrijd op met vier man. Alexander-Arnold staat daar ook bij om gebruik te maken van zijn passing om de linies te doorbreken bij Manchester City. (Bron: Viaplay)

In andere wedstrijden zien we de 'Geertruida-rol' door Alexander-Arnold ingevuld worden. Op die momenten wordt hij gebruikt als een extra middenvelder, waarbij hij Ryan Gravenberch van ondersteuning voorziet, kort voor de verdediging. Voor Slot is Alexander-Arnold de ideale pion: hij kan eigenlijk alle mogelijke rollen van de rechtsback uitvoeren. Tegelijkertijd is hij niet de beste in de klassieke rol van wingback, aangezien zijn loopvermogen dit niet altijd toelaat. Groot voordeel voor hem: in die rol gelooft Slot ook niet echt.


Afbeelding 5: in de wedstrijd tegen Paris Saint-Germain speelt Alexander-Arnold afwisselend als extra middenvelder, om daar als extra middenvelder tot een overtal te komen. (Bron: Ziggo Sport)

Wat ook opvalt, is dat Alexander-Arnold vaak wordt ingezet om de voorzetten te geven waar Slot wél in gelooft: de vroege voorzet vanuit de halfspace. De halfspace is de ruimte tussen de vleugel en het centrum, waar het minder druk is dan in het centrum, maar je wel dichter bij het doel bent dan vanaf de vleugel. Deze voorzetten zijn al langere tijd een wapen gebleken van de Engelsman. Het is duidelijk te zien dat Slot daarin meer gebruikmaakt van de variëteit van Alexander-Arnold, terwijl de rechtsback onder Klopp veelal vanuit één en dezelfde rol acteerde.


Afbeelding 6: Alexander-Arnold legt de bal vanuit de halfspace haarfijn op het hoofd van één van de aanvallers van Liverpool. (Bron: Viaplay)

Zet gedoseerd druk naar voren
Tegelijkertijd borduurt Slot in zekere zin voort op de counterpress van Klopp, met een eigen variant. Waar Klopp heilig geloofde in drukzetten met drie aanvallers, doet Slot dit met twee spitsen (een spits en een aanvallende middenvelder) en twee spelers op de vleugels. Toch is het doel van beide trainers hetzelfde: het afdwingen van een pass richting de vleugel om van daaruit druk te zetten. Alleen de manier waarop verschilt. Op deze manier geloven beide trainers erin dat daar de meeste kansen liggen – want een tegenstander is nu eenmaal minder gevaarlijk aan de zijkant, volgens de eerder genoemde theorie van Slot.


Afbeelding 7: de manier van drukzetten van Liverpool in beeld, met vier aanvallers die voornamelijk het centrum afsluiten. (Bron: Ziggo Sport)

Toch doet Slot hierin meer concessies dan Klopp in zijn Liverpool-tijd. Op het moment dat het nodig is, wil de ploeg van Slot ook terugplooien en hanteert het vaak op eigen helft een conservatieve 4-1-4-1-aanpak. Op die manier worden de ruimtes gesloten en komt de aanvallende middenvelder terug naar het middenveld. Overigens verandert het plan nauwelijks: houd het centrum gesloten en dwing een tegenstander naar de zijkant. Prettige bijkomstigheid voor Slot is dat hij met Ibrahima Konaté en Van Dijk twee uitstekende centrale verdedigers in huis heeft. Die kunnen gedeeltelijk het gebrek aan verdedigend vermogen van zijn middenvelders compenseren.

Slot stelt veelal balbezitgerichte middenvelders op, die maar mondjesmaat aandacht hebben voor het verdedigende gedeelte van het voetbal. Deze spelers (Alexis Mac Allister, Dominik Szoboszlai en Gravenberch) zijn weliswaar goed in het drukzetten, maar minder sterk in het verdedigen op eigen helft. In sommige wedstrijden met veel zwervende middenvelders schuilt hierin ook de uitdaging voor Liverpool – iets wat niet gek is met zulke aanvallend ingestelde spelers.


Afbeelding 8: de verdedigende stellingen van Liverpool op eigen helft in beeld. In deze situatie is Gravenberch wat doorgestapt, waardoor het meer een 4-5-1 is, maar over het algemeen zal Gravenberch zich kort voor de verdediging positioneren, met vier middenvelders ervoor. (Bron: Ziggo Sport)

Loop zonder de bal de juiste ruimtes in
Zoals eerder opgemerkt, heeft Slot geen voorkeur voor een hoge voorzet vanaf de zijkant. Liverpool maakt in plaats daarvan veelvuldig gebruik van een goed alternatief: de teruggetrokken voorzet vanuit de assistzone. De assistzone is het vak dat tussen de zestienmeterlijn en het vijfmetergebied ligt, aan de zijkant van het strafschopgebied. Het valt op dat er altijd een middenvelder of een back is die die ruimte in loopt. Vanaf die positie volgt dan een teruggetrokken voorzet naar de spelers in het zestienmetergebied. Slot ontdekte dit principe in zijn tijd bij SC Cambuur, toen bleek dat veel van de teruggetrokken voorzetten vanaf die plek effectief waren. Later kreeg hij hierin ondersteuning van de data-analist. Sindsdien is hij groot voorstander van de underlap van de back (een loopactie binnendoor bij de buitenspeler) of een middenvelder die diezelfde loopactie maakt naar de assistzone.


Afbeelding 9: de twee assistzones in beeld, met een voorbeeld van een loopactie van een middenvelder de ruimte in, waarna er een teruggetrokken voorzet wordt gegeven. Let ook op het randje van het zestienmetergebied, waar ze zich al aan het voorbereiden zijn. (Bron: Viaplay)


Afbeelding 10: de teruggetrokken voorzet als gevolg van de pass in de assistzone, waarbij er drie spelers van Liverpool voor de goal (behalve de 1e paal) alle posities voor hun rekening nemen. (Bron: Viaplay)

Daarnaast wordt er ook vaak gebruikgemaakt van voorzetten vanuit de halfspace, zoals eerder benoemd. Wat daarbij – en ook bij de teruggetrokken voorzetten – opvalt, is de bezetting in het zestienmetergebied. Op het juiste moment arriveren er altijd meerdere spelers van Liverpool. Dat klinkt als iets simpels, maar het is inmiddels een Pavlov-reactie geworden bij de spelers. Als er een speler in de assistzone klaarstaat voor een teruggetrokken voorzet, moeten alle mogelijke posities voor het doel (eerste paal, tweede paal en nog twee spelers daarachter) bezet zijn.

Datzelfde zien we bij een voorzet vanuit de halfspace, waarbij er altijd meteen spelers richting de tweede paal bewegen om daar aanspeelbaar te worden. Het klinkt als iets simpels, maar het vergt genoeg training en overtuigingskracht om de spelers ervan te doordringen dat dit soort eenvoudige principes effectief zijn. Iets waar Slot duidelijk enorm goed in geslaagd is. Waar dit onder Klopp ook al vaak gebeurde, is het grote verschil dat het nu spelers betreft die dit niet van nature in zich hebben, en dit dus hebben moeten aanleren. Voor een Georginio Wijnaldum is het vanzelfsprekend om die positie op te zoeken, voor Gravenberch is dat aangeleerd gedrag.


Afbeelding 11: hier staan er op het moment dat Cody Gakpo de voorzet kan geven meteen twee spelers klaar om de voorzet binnen te koppen bij de tweede paal. (Bron: Viaplay)

Al met al is het duidelijk te zien dat Slot zijn eigen weg is gegaan, zonder alles te verloochenen wat Klopp bij Liverpool heeft opgebouwd. Met name in het drukzetten profiteert Slot nog van dezelfde denkwijze. Tegelijkertijd heeft hij een vervolgstap gezet in het spel zonder bal, en is met name de opbouw van meer patronen voorzien. Deze combinatie bewijst de uitermate knappe prestatie van Slot om Liverpool deze kant op te bewegen.