'Bijna perfect', maar ook 'onderontwikkeld': deze drie clubs passen bij Brobbey

Door Lars Visser

Als hij zijn moyenne in één rechte lijn had doorgetrokken, was Brobbey deze week uitgekomen op 23 competitiegoals. In het seizoen 2022/2023 was hij immers dertien keer trefzeker, gevolgd door achttien doelpunten in 2023/2024. Maar over zulke cijfers kan de spits op dit moment alleen maar dromen. Inmiddels is duidelijk dat zowel Brobbey als Ajax niet onwelwillend tegenover een vertrek staan.

Let wel: in deze analyse wordt er naar méér gekeken dan alleen de afgelopen weken. Bij spelers die uit vorm zijn, kan alles mislukken, waardoor ook hun kwaliteiten ondergesneeuwd raken.

De loopacties van Brobbey
Vanaf het begin heeft Brobbey al één wapen gehad: zijn snelheid over grotere afstanden, vooral tegenover centrale verdedigers. Daarbij komt dat zijn timing in diepteloopacties vaak goed is. Als Brobbey ruimte voor zich heeft en er ontstaat een gat om in te lopen, herkent hij dat moment meestal op tijd. In de huidige speelstijl van Francesco Farioli wordt echter van hem verlangd dat hij een actievere rol speelt in het vasthouden van de bal, terwijl diepgang voornamelijk van de flanken en de aanvallende middenvelders moet komen. Daardoor krijgt Brobbey minder kansen om in zijn kracht te komen.

Afbeelding 1: in de eerste helft van De Klassieker staat Gernot Trauner niet helemaal goed, waardoor er ruimte voor Brobbey ontstaat. Hij herkent dat en sprint erin, waar uiteindelijk een kopkans voor Bertrand Traoré uit ontstaat. (Bron: ESPN)

Toch zijn zeker niet al zijn loopacties goed ontwikkeld. In en rondom het strafschopgebied is Brobbey als spits opvallend onderontwikkeld. Zijn loopacties daar zijn, in tegenstelling tot zijn diepteloopacties, vaak ondoordacht. Bij lage voorzetten vanaf de zijkant reageert hij vaak apathisch: hij blijft staan tot de voorzet komt, waardoor hij nauwelijks aanspeelbaar is.

Op andere momenten maakt hij wel een loopactie, maar vrijwel altijd richting de eerste paal. Regelmatig komt hij daardoor zelfs al voorbij die paal uit op het moment van afwerken, waardoor het vrijwel onmogelijk wordt om te scoren. Het is vaak een kwestie van fracties van seconden: als hij net iets langer wacht, is zijn loopactie wel effectief. Hierin is hij ongeduldig en ook onbewust van zijn positionering. Een cruciale stap voor Brobbey om meer doelpunten te maken, ligt dan ook in het verbeteren van zijn loopacties in de zestien.

Afbeelding 2: Hier staat Brobbey inmiddels al voorbij de eerste paal, waardoor zelfs als hij de bal krijgt, hij moeilijk kan scoren. (Bron: ESPN)

Ook bij hoge voorzetten vanaf de zijkant positioneert hij zich vaak verkeerd. Bij Ajax komen geregeld voorzetten van Jordan Henderson vanaf net buiten de zestien. Voor een spits is het dan belangrijk om in de ‘dode hoek’ van de verdediger te gaan staan – schuin achter de tegenstander, zodat die zowel bal als man niet kan zien. Hoewel Brobbey dit seizoen daarin kleine stappen heeft gezet, gebeurt het nog te weinig, waardoor hij onvoldoende profiteert van de geboden ruimte.

Afbeelding 3: Brobbey krijgt hier weliswaar een grote kopkans, maar dat heeft alleen te maken met het feit dat Ismael Saibari niet met hem meeloopt. In principe moet Brobbey zich schuin achter hem positioneren, en dan vlak voordat de voorzet komt voor Saibari uitkomen. (Bron: ESPN)

Onvoldoende in het afwerken
Hoewel Brobbey over de snelheid beschikt om geregeld in 1-op-1-duels met de keeper te komen, is hij geen meester in het afronden van deze kansen. In zulke situaties is hij grillig en kiest hij er vaak voor om de bal zo hard mogelijk langs de keeper te schieten, in plaats van een simpele inzet met de binnenkant van de voet. Doordat hij zoveel risico neemt, gaat het vaker mis dan goed, terwijl dat onnodig is. Ditzelfde geldt voor momenten waarin hij de bal ontvangt in het strafschopgebied: zijn eerste reflex is altijd blind op doel schieten, zonder te kijken of er een verdediger tussen staat of dat er betere opties zijn.

Afbeelding 4: Een behoorlijk kansrijke schotpositie voor Brobbey, die hij toch naast schiet, waarbij ook opvalt dat de verre hoek behoorlijk open ligt. In de aanloop naar het schot heeft hij ook geen een keer naar de positie van de keeper gekeken. (Bron: Ziggo Sport)

Ook koppen is nooit zijn sterkste punt geweest. Dit seizoen miste Brobbey opnieuw een handvol grote kansen met het hoofd. Dit komt vooral doordat hij ook hierbij te veel kracht wil meegeven, in plaats van de bal langs zijn hoofd te laten glijden. Daardoor eindigen veel van zijn kopballen over het doel. Door deze twee belangrijke gebreken gaan er dit seizoen veel meer kansen verloren dan nodig. Waar hij in de Eredivisie slechts vier doelpunten maakte, had hij een Expected Goals (xG) van 9,96. Dat betekent dat hij in extreme mate onderpresteert, wat zijn vorm in het afronden typeert. Ter vergelijking: vorig seizoen maakte hij 18 doelpunten met een xG van 19,78.

Afbeelding 5: Brobbey kopt deze bal over, terwijl met een simpel lobje de keeper zo te verschalken is. (Bron: Ziggo Sport)

Brobbey als aanspeelpunt
Toch blijft Farioli niet voor niets voor de sterke Brobbey kiezen. Een groot deel van de Ajax-speelstijl is erop gericht om de spits vroegtijdig vrij te spelen via een directe pass. Kenneth Taylor en Henderson bewegen dan vroegtijdig uit de passlijn van de linker centrale verdediger om Brobbey direct aan te spelen. In die situaties is het aan de Ajax-spits om de bal bij zich te houden en te wachten op de aansluiting van medespelers. Dat is vooral belangrijk in wedstrijden waarin de tegenstander druk zet.

In de topwedstrijden tegen PSV was Brobbey bijvoorbeeld cruciaal in het vasthouden van de bal, net als voor Oranje in de wedstrijd tegen Duitsland, waarin hij Johathan Tah herhaaldelijk met speels gemak van zich afhield. In 1-op-1-duels in balbezit zijn er maar weinig spitsen die het beter doen dan Brobbey.

Afbeelding 6: Brobbey houdt Tah van zich af, en draait uiteindelijk weg waardoor de Duitse centrale verdediger een overtreding moet maken die hem geel kost. (Bron: NPO)

Waarom loopt het dan de laatste weken minder? Behalve een gebrek aan vorm en vertrouwen speelt ook mee dat Ajax nu vaak speelt tegen clubs die inzakken. Daardoor worden de ruimtes kleiner, moet hij de bal in kleine ruimtes controleren en staan er meer tegenstanders om hem heen. Dan valt op dat het daar stokt: Brobbey bewaart niet altijd het overzicht om de juiste medespeler te vinden, of zijn techniek in de kleine ruimte laat hem in de steek, of er is te weinig aansluiting om de bal gemakkelijk kwijt te kunnen.

Bovendien blijft Brobbey meestal tegen de laatste linie van de tegenstander plakken, terwijl Wout Weghorst juist dynamischer speelt en zich vaker laat uitzakken. In wedstrijden met minder ruimte voegt Weghorst daarom vaak meer toe aan het spel dan Brobbey – terwijl het in open wedstrijden juist andersom is.

Afbeelding 7: Brobbey houdt hier sterk zijn tegenstander van zich af, maar heeft vervolgens geen afspeelmogelijkheden en heeft zelf niet de techniek om weg te draaien. (Bron: ESPN)

De belangrijkste stap dit seizoen: verdedigen
Toch heeft Brobbey dit seizoen wel degelijk een belangrijke stap gezet: hij is defensief betrouwbaarder geworden. Waar hij aan het begin van zijn carrière conditioneel moeite had om langer dan een helft te spelen, is dat nu volledig verdwenen. In verdedigend opzicht levert hij constant een bijdrage en maakt hij alle ‘vuile meters’. Tijdens het drukzetten is zijn primaire taak het afsluiten van de passlijn naar de meest defensieve middenvelder, om daarna druk te zetten op een van de centrale verdedigers. Dat vraagt veel energie: eerst de middenvelder afdekken, dan een sprint inzetten. Daardoor maakt Brobbey meer meters dan ooit tevoren.

Afbeelding 8: tijdens Ajax - PSV is Olivier Boscagli helemaal naar het middenveld toe gelopen, maar Brobbey loopt daar plichtsgetrouw achteraan. (Bron: ESPN)

Daarnaast is Weghorst lange tijd geblesseerd geweest, waardoor Brobbey vrijwel alle wedstrijden moest spelen en nauwelijks rust kreeg. Die combinatie kan deels zijn vormdip verklaren: door de vele meters die hij maakt, wordt zijn techniek en afronding minder. Dat is zichtbaar in zijn spel.

Conclusie en toekomst
Brobbey heeft als aanspeelpunt zeker een meerwaarde voor Ajax in de grotere wedstrijden, maar moet stappen zetten in zijn loopacties voor het doel en zijn afronding – de belangrijkste onderdelen van een spits.

Toch lijkt hij komende zomer Ajax te gaan verlaten. Maar wat voor club zou bij hem passen? Gezien zijn kwaliteiten is duidelijk dat hij ruimte nodig heeft. Daarom zouden clubs als Borussia Dortmund (Niko Kovac past als trainer bij hem), Nottingham Forest (dat direct countervoetbal speelt) of Atalanta (dat onder Gian Piero Gasperini werkt met een duidelijk plan en veel directe passes naar de spits) logische vervolgstappen zijn. Of deze clubs daadwerkelijk toehappen, of dat ze door dit seizoen twijfelen, zal de tijd moeten leren.