Van Breukelen ziet herrijzenis oude liefde Nottingham Forest

Roemruchte club eindelijk weer Europa in: 'Soort Ajax in Premier League'

13Reacties

In de rubriek VP's Verhalenvertellers diept VoetbalPrimeur bijzondere verhalen uit de voetballerij uit: verhalen die het waard zijn om verteld te worden, maar die onder dreigen te sneeuwen in de waan van de dag. In deze aflevering de wederopstanding van de gevallen grootmacht Nottingham Forest, die zich na dertig jaar weer heeft geplaatst voor Europees voetbal. VoetbalPrimeur proefde de sfeer in de arbeidersstad en haalde anekdotes op met Hans van Breukelen.

Frans Raaijmakers
NOTTINGHAM

Zelden is een wandeling naar een voetbalstadion aangenamer dan deze. Hoewel de tocht slechts een kleine mijl beslaat, voert de route van het plaatselijke treinstation naar de City Ground, het charmante stadion van Nottingham Forest uit 1898, je moeiteloos door de ziel van Nottingham, een stad doordrenkt van voetbalhistorie.

Je loopt langs Meadow Lane, het knusse stadion van 's werelds oudste profclub Notts County, waar verderop bronzen beelden van de legendarische figuren Jimmy Sirrel en Jack Wheeler uitnodigend op een bankje tot rust lijken te komen. Iets verderop prijkt een muurschildering van Sirrel en natuurlijk Brian Clough: iconen van Notts County en Nottingham Forest, niet als rivalen maar als kameraden afgebeeld. Amicaal met een arm om de schouder. De muurprent lijkt een warme ode aan leiderschap en doorzettingsvermogen.

Langzaam vervangt vervolgens het kabbelende water van de rivier de Trent het stadsrumoer. Vanaf de Trent Bridge doemt de karakteristieke en tijdloze City Ground op: vier unieke tribunes omlijsten een schitterende grasmat. Na deze wandeling ben je eigenlijk al verkocht, nog voor de aftrap.

Vergeet niet: hier huist een van de meest opvallende clubs uit de voetbalgeschiedenis, een van de oudste ter wereld bovendien. De enige club die vaker de Europa Cup I won dan het landskampioenschap (twee keer versus een keer), en een pionier in de vroege dagen van het voetbal, die onder andere de scheidsrechtersfluit, scheenbeschermers en de 2-3-5-formatie introduceerde. Maar de club was lange tijd geen grootmacht meer; Forest speelde voor het laatst in het seizoen 1995-96 Europees en bivakkeerde daarna in de marge van het professionele voetbal, inclusief drie seizoenen in League One, het derde niveau in Engeland.

Nottingham Forest droomt weer

"Ik weet dat we twee keer de Europacup hebben gewonnen, maar dat gewicht hebben we altijd moeten meedragen. Iedereen zag ons als 'die grote club', terwijl we op een gegeven moment onderaan in League One bungelden. Er is een generatie van rond de 30, 40 jaar die nooit de grote successen van de jaren '70 en '80 heeft meegemaakt. Voor ons waren het uitwedstrijden tegen Gillingham of Crewe. Ze zongen: You’re not famous anymore. Dat deed pijn", vertelt Matt Oldroyd aan VoetbalPrimeur.

Matt is schrijver van Trailblazers: The Groundbreaking History of Nottingham Forest Football Club en medeoprichter van de Forest-fangroep Forza Garibaldi, vernoemd naar de Italiaanse revolutionair die de inspiratie vormt voor het rode thuisshirt van de club.

Maar de tijden zijn veranderd. Onder leiding van coach Nuno Espírito Santo en de excentrieke eigenaar Evangelos Marinakis, die na het gelijkspel tegen Leicester City zelfs het veld op liep om zijn ongenoegen over het spel te uiten, heeft Nottingham Forest met de zevende plek voor het eerst in dertig jaar Europees voetbal veiliggesteld. Ook werd de halve finale van de FA Cup bereikt.

"Dat zijn dromen die we twintig jaar lang niet durfden te hebben", zegt Oldroyd, terwijl hij deze middag druk is met de voorbereidingen voor wat later een indrukwekkende sfeeractie blijkt te zijn. Het is een klein uurtje voor de wedstrijd tegen Everton, die overigens jammerlijk verloren ging in de laatste minuut (0-1). Over de sfeeractie zelf blijft hij bescheiden. "Wij geven alleen een klein duwtje. Bij Forest komt de sfeer niet uit de geluidsinstallaties, maar van de fans zelf."

'Listen son, shut up'

Hans van Breukelen, die begin jaren tachtig twee seizoenen tussen de palen stond bij The Tricky Trees, is onder de indruk van het huidige elftal, zo vertelt hij in gesprek met VoetbalPrimeur. "Ze laten de tegenstander de bal, schakelen razendsnel om en boem, dan staan ze ineens voorin. Een soort Ajax-tactiek, maar dan gewoon in de Premier League. En dat met een van de minst gepasseerde defensies als fundament", zegt de ex-keeper van PSV en Oranje, doelend op het feit dat Forest dit seizoen slechts een paar doelpunten meer incasseerde dan kampioen Liverpool.

Met warmte blikt Van Breukelen terug op zijn tijd in Nottingham. Hij debuteerde vlak na de legendarische dubbele Europa Cup 1-winst, een prijs die hij later als speler van PSV ook mocht bijschrijven. Brian Clough, de iconische trainer die Forest naar grote hoogte stuwde en die in het stadscentrum nog steeds als standbeeld overeind staat, was toen de grote baas.

De Breuk herinnert zich zijn eerste ontmoeting met Clough als de dag van gisteren, in het Holiday Inn Hotel. Het was augustus 1982, FC Utrecht verloor die middag met 0-1 van PSV, en in de slotminuut sprintte Van Breukelen mee naar voren om de gelijkmaker te forceren voor zijn toenmalige werkgever Utrecht. "Ik kopte de bal zelfs", lacht hij. Toen hij Clough later die avond ontmoette, sprak de trainer meteen klare taal. "Hij zei tegen mij: Listen son, I’m here to sign a goalkeeper, not a striker. So if you sign, you stay in the back. You understand? Dat was wel meteen duidelijk."

De oud-doelman schiet in de lach. "Ik noem Clough weleens de vriendelijkste dictator waar ik ooit mee gewerkt heb." Vervolgens serveert hij grijnzend een volgende anekdote: "We hadden een teammeeting. Iedereen keurig op tijd, behalve Clough. Die wandelt een half uur te laat binnen. Dus ik zeg: Excuse me boss, you are late, what happened? Waarop Clough antwoordt: Listen son, you are here to save balls and I’m here to manage this club, so shut up!"

Van Nottingham naar Eindhoven

Zijn vertrek bij wat hij omschrijft als 'een hele gezellige, open club' had wat voeten in de aarde. PSV meldde zich, maar Van Breukelen wilde zijn contract bij Forest best uitdienen. Op één voorwaarde: dat hij vrijgelaten werd voor interlands met Oranje. "Ik legde dat voor aan Clough. Zijn reactie? Nobody is putting me under pressure, son. Toen wist ik eigenlijk al hoe laat het was."

Toch probeerde Clough hem later, toen de inkt van PSV-contract al droog was, nog op andere gedachten te brengen. "Hij zei: Als jij nou tegen de Nederlandse pers zegt dat je dronken was toen je bij PSV tekende, dan kun je blijven. Dat ging natuurlijk te ver, maar het zegt alles over zijn stijl", zegt van Breukelen die aangeeft Forest in zijn hart te hebben gesloten. "Ik heb het voorrecht gehad om voor drie geweldige profclubs te mogen spelen: FC Utrecht, Nottingham Forest en PSV. Die drie zal ik altijd blijven volgen."

Dan weer even terug naar die warme zomermiddag in Nottingham, vlak voor aanvang van het duel tegen Everton. Daar breekt het echte hoogtepunt aan. Dat is het moment waarop 'Mull of Kintyre' over de tribunes rolt. Ooit geschreven door Paul McCartney, maar allang niet meer alleen van hem; het lied is ook onderdeel van de identiteit van Forest. Zodra de eerste tonen door het stadion galmen, gebeurt er iets magisch. Duizenden kelen zetten in, gedragen door een mengeling van trots, nostalgie en pure clubliefde. De woorden worden niet gezonden, ze worden gevoeld. Zelden klinkt een stadion zo vol overtuiging en ziel. Je hoeft geen Forest-supporter te zijn om op dat moment kippenvel te krijgen.

'Hij is bezeten van het spel'

Op de tribune kijkt John McGovern tevreden toe. De voormalige aanvoerder van het legendarische Forest-team dat twee keer de Europa Cup 1 veroverde, ziet met plezier hoe de club weer tot leven komt. Voor hem is de kracht van dit huidige elftal makkelijk te verklaren; dat is namelijk het collectief. "Soms heb je ploegen met een of twee sterren, maar bij ons presteren vrijwel alle spelers week in, week uit op hoog niveau. Het is echt een teamprestatie. Als je me vraagt wie speler van het jaar moet worden, zou ik er zo acht kunnen noemen", legt hij uit aan deze website.

Tegenwoordig is McGovern clubambassadeur. Ziet hij parallellen tussen zijn gouden generatie en het Forest van nu? "Ik zie ze dagelijks trainen, en wat mij opvalt is hoeveel plezier ze hebben. Mensen denken vaak dat het alleen maar serieus is, maar je moet ook kunnen lachen en genieten. Dat deden wij destijds ook. Het hoort erbij." Dat de gloriedagen van de jaren tachtig als een zware last op de schouders van de huidige spelers drukken, gelooft hij niet. "Als je een veld opstapt voor duizenden mensen, dan moet je gewoon leveren. Elke wedstrijd is topniveau, tegen topspelers. En weet je, we zijn misschien geen traditionele grootmacht, maar we zijn wel enorm ambitieus."

Die ambitie ziet hij bijvoorbeeld terug bij de eigenaar. "Onze Griekse eigenaar is bezeten van het spel. Hij heeft met Olympiakos Piraeus al een Europese prijs gepakt (de Conference League in 2024, red.), en ik weet zeker dat hij hier hetzelfde wil. Hij neemt geen genoegen met plek twee, hij wil de beste zijn. En geloof me, zijn hart zit op de juiste plek."

De vraag is hoe Nottingham Forest het succes een vervolg kan geven. Na het topseizoen wordt er ongetwijfeld getrokken aan de spelers, dus is het dan mogelijk om dit kunstje volgend seizoen te herhalen? McGovern: "De truc is om goede spelers te vinden en ervoor te zorgen dat er chemie ontstaat. Nuno lijkt de man die dat voor elkaar kan krijgen. Zolang de eigenaar blijft investeren en de ploeg versterkt, kunnen we dit niveau vasthouden. Voetbal staat niet stil, je moet constant verbeteren. Dat geldt ook voor ons."