Boussoufa: 'Slagen bij Ajax hoeft niet meer'
Frans Raaijmakers
BRUSSEL
Het is een pakkend schouwspel. De huizen in de Brusselse wijk Anderlecht zijn dan wel verpieterd en afgeleefd, de levendigheid in de buurt geenszins. The Purple Army laat zijn laatste alcoholische versnapering in de keel glijden, alvorens naar de thuisbasis te pezen. Belgische volksmuziek vult de straten, vermengd met de geur van Vlaamse frieten. Niet voor te stellen dat een jaar geleden de buurt rood kleurde, vanwege rassenrellen waar ook Anderlecht-supporters bij betrokken waren. Vandaag vechten ze een hele andere oorlog uit, die tegen aartsrivaal Club Brugge.
Razende orkaan
Als het Constant Vanden Stockstadion opdoemt, begint het te jeuken. De fans worden ongeduldiger en de sfeer grimmig. Er staat veel op het spel, vooral voor de thuisploeg. De titelstrijd met Standard Luik nadert zijn climax en vlak voor de finish versperd worden door de vijand uit Brugge, dat nooit. Binnenin het stadion bestoken beide fanschare elkaar met strijdliederen. En als de spelers het veld betreden, klinkt het alsof een orkaan door het stadion raast.
Ook op het veld wordt de toon meteen gezet. Oud-Ajacied Jelle Van Damme opent met een forse charge op de enkels van Nabil Dirar. Gele prent, terecht. Een minuut later het omgekeerde tafereel, met eenzelfde sanctie. De verhitte sfeer heeft het veld bereikt. Meer van dit soort misdrijven volgen, in een wedstrijd waarin Anderlecht een licht veldoverwicht creëert en verdient op voorsprong komt.
Tijdelijk onsterfelijk
Het is Mbark Boussoufa die zich tijdelijk onsterfelijk maakt. De Nederlandse Marokkaan schuift het leder subtiel onder Brugge-goalie Stijn Stijnen door. Een volksfeest op de tribunes volgt. We wanen ons even in het epicentrum van een burgeroorlog. De kleine aanvaller laat zich bejubelen vanwege zijn, blijkt later, winnende treffer. De stadionspeaker is nog steeds bezig met zijn eerste zucht van het woord Goaaal en lijkt nog niet bereid zijn lippen te sluiten. Paars Wit is blauw-zwart de baas.
In het tweede bedrijf daalt zowel het niveau als de decibellen. Nog twee oplevingen kent de wedstrijd. Allereerst de publiekswissel van de matchwinner, vijf minuten voor tijd. De toeschouwers veren op en belonen het jeugdexponent van Ajax met de handen op elkaar. Boussoufa ondergaat het en loopt tergend langzaam richting de dug-out. Het is zijn wedstrijd geworden. Het eindsignaal zorgt voor een hernieuwde schreeuw. Vooral richting het uitvak.
Knullig
Na afloop is de sfeer in de catacomben voorspelbaar. Bedrukte gezichten aan Brugge-zijde en een tevreden gelaat aan de andere kant. Voor ex-Ajacied Wesley Sonck eindigt de wedstrijd in mineur. Hij kreeg nog een onverwachte mogelijkheid in de blessuretijd. Via zijn scheen hielp de Belg de kans knullig om zeep. Zijn reactie verraadt frustratie. "Als je zo weinig met je balbezit doet, dan mag je nergens aanspraak op maken. Er was te weinig druk naar voren. Hun keeper hoefde maar één of twee keer in actie te komen. En als je punten wil pakken, zul je toch moeten scoren", bromt Sonck.
Drie meter verderop hangt een roze wolk. Daar geeft de man van de goal zijn visie. "We waren beter. De tegenstander vastzetten, de agressiviteit, de pressing, het klopte allemaal. De linies stonden niet ver uit elkaar. Het geheel klopte en dat is belangrijk. Dit is een grote stap richting de titel. Ook omdat ik Club Brugge helemaal geen slechte ploeg vind. Maar we hebben ze overheerst, ze konden het ons niet heel erg moeilijk maken", aldus Boussoufa.
'Altijd druk'
Ook over een mogelijk kampioenschap is de dribbelaar helder. Zowel Anderlecht en Standard Luik zijn in het bezit van 64 punten. "Iedereen, van mij tot aan de 23e man, moet beseffen dat we in een hele belangrijke periode zitten. We moeten er elke keer staan. Het is belangrijke dat we naar onszelf kijken. Focussen op de wedstrijden en het resultaat. Als we dat beseffen kunnen we heel ver komen. Of we druk voelen? Ach, bij Anderlecht is altijd druk", verduidelijkt Boussoufa.
Boussoufa: 'Slagen bij Ajax hoeft niet meer'
Goed spelen is de basis voor belangstelling van buitenaf. Boussoufa is zich daarvan bewust, maar houdt zich toch vooral op de vlakte. "Waar ik volgend jaar speel? Ik kan niet in de toekomst kijken, niets is gegarandeerd in een voetballeven. Ik heb nu een grote uitdaging en dat is kampioen worden. Daarna focus ik me op pas op de toekomst. Natuurlijk heb ik in mijn achterhoofd wat er volgend seizoen gaat gebeuren met het elftal. Maar dat is iets voor na een mogelijke titel, als de competitie over is. Ik denk niet dat het slim is om nu aan iets anders te denken."
Boussoufa: "Of Nederland een optie is? Dat weet ik niet, ligt aan de uitdaging. Ik heb er wel altijd veel aan gedacht. Vooral vroeger, in de jeugd van Ajax. Maar op de moment zie ik niet zoveel verschil met Ajax. Tuurlijk, het is een grote club met veel supporters. Maar Anderlecht is te vergelijken met de Nederlandse top. Of ik niet alsnog bij Ajax wil slagen? Nee, dat gevoel heb ik niet meer. Vroeger wel. Ajax zal altijd een grote club blijven."
"Er is ook verschil tussen het Belgische en het Nederlandse voetbal. In Nederland leeft iedereen met de mentaliteit. Om aanvallend voetbal te spelen, waardoor je meer ruimte krijgt. In België is het op de topdrie na toch meer behoudend. Je hebt het als aanvaller wat moeilijker. Wat dat betreft passen mijn kwaliteiten inderdaad beter bij de Nederlandse competitie."