Kan Dortmund superreeks Bayern stoppen?
Door: Reon Boeringa
Geen enkele Europese topcompetitie wordt sinds zijn oprichting zo door één club gedomineerd als die van Duitsland. Sinds FC Bayern München deelneemt aan de Bundesliga pakte het bijna de helft van de te verdelen kampioenschappen, waarmee het de bijnaam Rekordmeister verdiende. Een topprestatie, helemaal omdat de Beierse club aanvankelijk niet eens werd uitgenodigd om deel te nemen aan Duitslands elitecompetitie.
Van onbemind tot ongekend succesvol
Bayern had in de jaren voor de oprichting voor de Bundesliga, in 1963, nooit hoge ogen gegooid. Het was begin jaren dertig één keer kampioen geworden, maar pakte daarna nooit meer een titel. Zo gebeurde het dat München bij de start van de Bundesliga werd vertegenwoordigd door TSV 1860 München, dat nu al jaren in de tweede divisie speelt. Andere clubs uit het zuiden die zich plaatsten voor de Bundesliga waren bijvoorbeeld SC Karlsruhe, 1.FC Nürnberg en VfB Stuttgart. Geen Bayern München dus. En niets wees erop dat het Duitse voetbal decennialang gedomineerd zou worden door die ene club.
Dat veranderde snel. Twee jaar na de start van de Bundesliga promoveerde Bayern alsnog, met een elftal dat bol stond van het lokale en toen onbekende talent. Enkele namen: Franz Beckenbauer (foto midden), Gerd Müller en Sepp Maier. Namen die het Duitse voetbal later grote successen zouden brengen. In 1966 won Bayern de Duitse beker en het jaar daarna de Europa Cup II. Het zou later slechts de inleiding naar een ongekende glorieperiode blijken. In de jaren zeventig lukte het Bayern om drie keer op rij de Europa Cup I te veroveren, een prestatie die geen enkele club wist te herhalen. Ook werd het drie keer op rij kampioen.
Bayern combineert eigen jeugd en grote sterren
Ook in de jaren tachtig en negentig bleef Bayern regeren in Duitsland. Het reeg de titels en bekerwinsten aaneen. Aanvankelijk boekten Die Roten hun successen vooral door hun zeer succesvolle jeugdopleiding. Doordat de financiële slagkracht van Bayern met de sportieve successen almaar groeide ontpopte de club zich de afgelopen twintig jaar ook als een kopende club. Bayern 'beroofde' zijn concurrenten van de beste spelers en haalde ook vanuit het buitenland grote namen. Zo werden Lothar Matthäus en Stefan Effenberg in de jaren negentig losgeweekt bij Borussia Mönchengladbach. Oliver Kahn en Mehmet Scholl kwamen later over van Karlsruhe en Michael Ballack van Bayer Leverkusen. Daarnaast werden buitenlandse spelers als Elber, Lucio en Zé Roberto binnengehaald.
Het huidige elftal van Bayern is ook op die manier opgebouwd. Bastian Schweinsteiger, Philipp Lahm, Toni Kroos en Thomas Müller zijn bepalende spelers, met hun wortels in de eigen opleiding. Met miljoenen euro's kaapte Bayern Manuel Neuer (Schalke 04) en Mario Gomez (VfB Stuttgart, foto onder) weg bij de rivalen. Voeg daaraan internationale vedetten toe als Arjen Robben en Franck Ribéry en het is niet onlogisch dat Bayern dit seizoen de torenhoge favoriet is voor de titel.
Titel uit het niets
In Westfalen hangt de vlag er heel anders bij. Borussia Dortmund is de regerende kampioen van de Bundesliga, maar de kans dat BVB dat huzarenstukje dit seizoen kan herhalen is zeer klein. Dat Dortmund vorig seizoen de titel pakte had niemand durven voorspellen. Ook toen was Bayern favoriet. Louis van Gaal wist zijn elftal echter niet aan de praat te krijgen, terwijl Jurgen Klopp bij Dortmund week in week uit geweldige prestaties leverde met zijn elftal. Het resulteerde uiteindelijk zelfs in de titel voor het piepjonge Dortmund.
Het was de zevende titel voor Die Borussen, die daarmee in aantallen kampioenschappen op gelijke hoogte kwamen met aartsrivaal Schalke 04. De afstand tot Bayern München (22 titels) is echter enorm. Zelfs 1. FC Nürnberg staat met negen kampioenschappen nog hoger op de eeuwige ranglijst. Dortmund was in Europees opzicht wel een stuk succesvoller dan vijand Schalke en Nürnberg. Het is naast Bayern de enige Duitse club die ooit de Champions League won: in 1997.
De Hitzfeld-factor
In de jaren negentig beleefde Dortmund zijn beste dagen. Het bereikte in 1993 de UEFA Cup-finale, die het verloor van Juventus. In 1995 en 1996 werd het kampioen, waarna het in 1997 de Champions League en Wereldbeker voor clubs veroverde ten koste van Juventus en Cruzeiro. Trainer van Dortmund was toen Ottmar Hitzfeld (foto onder), die na de Champions League-winst voor het grote geld van Bayern München koos en die club ook naar de Champions League (2001) en nationale titels leidde (1999, 2000, 2001, 2003 en later ook nog 2008).
Na het vertrek van Hitzfeld zakte Dortmund weg. In 2002 kende het een korte opleving. Het veroverde de titel na een indrukwekkende tweede seizoenshelft en bereikte weer de finale van de UEFA Cup, maar net zoals in 1993 werd de eindstrijd verloren. Feyenoord was in de eigen Kuip te sterk. 2002 zou voor lange tijd het laatste succesvolle jaar van Dortmund blijken. Waar Bayern de ene na de andere prijs pakte gingen de geel-zwarten uit Westfalen financieel en sportief door een diep dal.
In 2005, toen Bert van Marwijk er trainer was, leek een faillissement zelfs onafwendbaar voor Dortmund. De aandelen van de club (Dortmund is de enige beursgenoteerde club van Duitsland) waren nauwelijks nog iets waard en de schulden stapelden zich in rap tempo op. Harde maatregelen waren de enige oplossing. De spelers gingen akkoord met een salarisverlaging van twintig procent en de grond onder het Westfalen-stadion werd verkocht. Later ging ook de naam van het immense stadion onder de hamer. Sinds 2006 speelt Dortmund daardoor in het Signal Iduna Park.
Dortmund maakt van zwakte zijn kracht
Door de schulden kan Dortmund nog altijd geen 'nee' zeggen als er een flinke zak geld geboden wordt voor een dragende speler. Eerder vertrok om die reden bijvoorbeeld Tomas Rosicky naar Arsenal. Afgelopen zomer kon Dortmund niet voorkomen dat Nuri Sahin, één van de pijlers onder het kampioensteam, werd weggelokt door het kapitaalkrachtige Real Madrid. Het is de zwakte, maar tegelijkertijd ook de kracht van BVB, dat de afgelopen jaren steeds vaker de vruchten plukt van zijn jeugdopleiding en goede scouting.
Zo zal Mario Götze zo goed als zeker de volgende zelfopgeleide speler worden die Dortmund verkoopt aan een Europese topclub. Deze zomer werd naar verluidt een bod van veertig miljoen euro van Arsenal geweigerd. Verder kan Dortmund beschikken over een aantal jonge twintigers die het voor een schijntje kocht, maar die nu het veelvoudige daarvan waard zijn: Neven Subotic, Robert Lewandowski, Ilkay Gündogan, Shinji Kagawa en Sven Bender. Die Borussen zijn dus vooral rijk op het veld.
Voor het duel van aanstaande zaterdag is het thuisspelende Bayern München gedoodverfde favoriet. Mario Gomez is al weken in supervorm en schiet zijn club van de ene naar de andere overwinning. Bayern weet daarentegen uit ervaring dat de jonge honden van Dortmund boven zichzelf uit kunnen stijgen als de situatie daarom vraagt. Afgelopen februari won Dortmund nog met 1-3 op bezoek in de Allianz Arena. Van de 22 spelers die toen aan de aftrap verschenen zijn er slechts twee nu voor een andere club actief. Eerder dat seizoen had Dortmund thuis al met 2-0 gewonnen. Als er dus een team is dat een Bayern in topvorm kan stoppen, dan is het Klopp met zijn jonge ploeg.