Feyenoord na rust langs De Graafschap
Na de prima zege vorige week bij FC Twente (0-2) schreven sommige waarnemers de naam van Feyenoord toch weer met potlood bij op het lijstje van titelkandidaten. Trainer Ronald Koeman wist echter wel beter. Voor een hoofdrol in de strijd om het kampioenschap is zijn ploeg in alle opzichten nog lang niet stabiel genoeg.
De oud-international paste na de verrassende finaleplaats voor Heracles Almelo in het KNVB-bekertoernooi wel de doelstelling voor Feyenoord aan. De vierde plaats is het nieuwe doel, omdat de vijfde positie waarschijnlijk geen directe plaatsing voor de Europa League meer oplevert.
Zoals verwacht begon De Graafschap zeer behoudend aan het duel. Feyenoord moest dus het spel maken en dat gaat de Rotterdamse formatie het hele seizoen al moeizaam af. Ondanks het evenwichtige en creatieve middenveld wisten de bezoekers zich ook in Doetinchem amper raad met het vele balbezit.
De opbouw was traag en voorspelbaar. En als er al eens een diepe bal of een steekpass kwam op de ploeterende John Guidetti ontbrak de zuiverheid. Vleugelspits Jerson Cabral verviel in een oude fout: hij wilde het weer eens allemaal veel te mooi en soms ook te moeilijk doen. Van de middenvelders Otman Bakkal en Karim El Ahmadi ging in de zwakke eerste helft de meeste dreiging uit.
Meteen na de rust kreeg Sekou Cissé, ingevallen voor Cabral, een vrije schietkans (geblokt). Ook Bakkal (twee keer) en Ruben Schaken waren daarna net niet slim en scherp genoeg bij Feyenoord, dat iets meer strijd leverde dan voor rust. Dankzij een redding van Stefan de Vrij op de doellijn, na een blunder bij doelman Erwin Mulder, bleef Koeman een pijnlijke achterstand in de Achterhoek bespaard.
Guidetti, die drie duels niet had gescoord, Schaken en Cissé zorgden in de enerverende slotfase toch nog voor vreugde in het Rotterdamse kamp: 0-3.