Van Bakel wacht geduldig op bericht uit Vietnam
“Ik verblijf nu in Nederland want de competitie is in Vietnam al afgelopen. Er is voor komend seizoen nog geen duidelijkheid over hoeveel buitenlandse spelers de clubs in mogen zetten. Door problemen bij de bond is het ook nog niet bekend wanneer de nieuwe competitie gaat beginnen. Mijn contract is ook afgelopen, maar het verzoek van de club is om nog nergens anders te tekenen. Ik verwacht dat er de komende twee weken meer duidelijkheid komt”, aldus Van Bakel tegenover VoetbalPrimeur.
Toekomst
De centrale verdediger genoot van zijn avontuur in Vietnam waar niet alleen het leven, maar ook de financiële vergoeding goed was. “De V-League is sportief gezien niet het hoogste niveau van Azië, maar het is financieel erg aantrekkelijk. Tekengelden, salarissen en bonussen zijn goed en allemaal netto, tel daarbij ook nog eens op dat het leven in Vietnam veel goedkoper is dan in Nederland. Spelers uit de omringende landen willen daarom ook graag in dit land spelen. Een avontuur in een ander land sluit ik echter niet uit. Ik ben 28 jaar en kan zeker nog enkele jaren mee. Het lijkt me mooi om weer ergens vanaf nul te beginnen in een ander land en competitie.”
Lastige start
De eerste weken waren lastig voor Van Bakel in een hele andere wereld dan hij gewend was. “Trainen met 35 graden, het eten en de regels van de club waren slechts enkele zaken waar ik mee te maken had. Vooral de Vietnamese keuken was een probleem, de eerste weken bleef ik maar naar de wc lopen en iedere dag ging er wel een rol wc-papier doorheen. De taal en de manier van spelen leverde ook uitdagingen op. Na verloop van tijd leer je de weg kennen en je medespelers. Nadat ik me beter verstaanbaar kon maken voelde ik me beter op mijn gemak en speelde ik steeds beter. Waar de media eerst niet positief was, maar vervolgens enthousiast werd over mijn spel.”
Titelaspiraties
Het net afgesloten seizoen werd sportief gezien niet wat vooraf werd verwacht bij Becamex Binh Duong. “Er werden veel spelers gehaald om kampioen te worden. We werden slechts zesde en dat was voor enen ploeg met titelaspiraties veel te laag. Twee trainers werden ontslagen en als laatste stond er een Koreaan voor de groep. Hij hield nogal van hardlopen, op trainingen zagen we soms geen bal. Rennen was wat we deden.”