Ojo: "Ik voel me bestolen"

20 november 2012 om 10:15

'Het klinkt misschien zwaar, maar ik voel me bestolen', windt Ojo er geen doekjes om. 'Die rode kaart voor Stijn Wuytens was onterecht. Hij had totaal niet de intentie om zijn tegenstander te blesseren en speelt bovendien de bal. Als deze kaart niet geseponeerd wordt, dan hoop ik dat de club die beslissing aanvecht.'

De uitsluiting was niet de enige beslissing die Ojo in twijfel trok. 'Het doelpunt komt er na een opeenstapeling van fouten. Bravo gaat onder de bal, Mikulic werkt hem niet goed weg en Koen (Van Langendonck, nvdr.) moet misschien uitkomen. Maar ik word ook naar de grond geduwd, daar moet de scheidsrechter fluiten. Ik wilde na de wedstrijd nog verhaal gaan halen bij de scheidsrechter, maar de coach heeft me binnengehouden. Ik was te geëmotioneerd.'

Ojo wil echter de goede zaken niet uit het oog verliezen. Organisatorisch krijgt Beerschot meer greep. Negentig minuten lang gaven de troepen van Koster amper kansen weg. 'Wim en ik spelen nu samen voor de defensie. Daardoor komen we achterin minder in de problemen. Er is veel meer rust in de ploeg. Je voelt ook dat we als groep aan het groeien zijn en volwassener worden.'

Ook offensief ziet Ojo voordelen in zijn vernieuwde rol op het middenveld. 'Als ik iets meer terugzak, is het voor de verdediging en Wim (De Decker, nvdr.) makkelijker om ballen in te spelen. Zo kunnen we sneller omschakelen en kan ik meer het spel maken. Tussen Stijn en mij is er een klik, ik weet meteen waar ik de bal moet spelen.'

Een belangrijk werkpunt is nog de communicatie, stelt de praatvaardige Ojo vast. 'Er moet meer gepraat worden. In Nederland had je twee jongens die wat stiller waren, hier lopen er maar twee of drie rond die wél praten. Brillant laat zich al wat meer horen, maar Mikulic moet zich nog wat meer doen gelden. Als middenvelder is het niet altijd mogelijk om lopende jongens bij de tegenstander te volgen. Met communicatie kan je dan al veel oplossen.'

Ojo trof tegen Lokeren al voor de derde keer in drie weken het doelkader. 'Het zit echt niet mee', zucht Ojo. 'Ik train veel op die 'schweba', zo'n zwabberbal, maar tijdens de wedstrijd wil hij er niet in. Jammer, als we op voorsprong kwamen hadden we met de hele ploeg kunnen kantelen en zat er misschien meer in.'

Lees meer over:

Deel via