Jol mist persoonlijkheid bij arbiters

"Je moet flexibel zijn", aldus Jol in gesprek met Voetbal International. "In de spelerstunnel moet je het al uitstralen: ik bepaal hoe het gaat. Het is voor mij ook een doorn in het oog als zo'n jongen na afloop weer in de camera staat te stotteren. Geef mij maar een schoffie die dingen zegt, liever dat dan een man in pak die er niets van bakt."

Jol stelt dat hij geen last had van respectloos gedrag van spelers toen hij nog wedstrijden floot. "Ik stond daar goed in. Als een speler het in z'n bolletje haalde om iets te zeggen, was hij aan de beurt. Spelers hebben behoefte aan duidelijkheid. Laatst was ik bij een Jupiler League-wedstrijd, de jongen die daar floot trok meteen acht gele kaarten."

"Als iemand te veel ademde werd er al geel getrokken", gaat hij verder. "Vind je het gek dat je dan geen respect krijgt? Daarnaast zitten er vier mannen te oordelen op de tribune; zet dan iemand in de hoek van het stadion. Misschien dat zo'n jongen dan beter gaat fluiten."

"Ik zie tegenwoordig geen gasten met een voetbalfeeling, met power. Waar zijn de persoonlijkheden?", vraagt Jol zich af. "Ze doen alles volgens het boekje en gedragen zich buiten het veld anders dan binnen de lijnen. Dat hou je niet lang vol, want dat hebben spelers door."