Beenhakker: "Voldoende vraag naar Nederlanders"
"Het komt regelmatig voor dat buitenlandse clubs bij ons aankloppen voor een trainer", vertelde Leo Beenhakker, voorzitter van de CBV, aan Spits. "Nu zijn vooral clubs uit Oost Europa en Azië geïnteresseerd. Dat zijn landen die graag willen aanhaken bij het niveau van de rest van de wereld. We hebben vijfhonderd leden en honderd daarvan hebben een baan in het buitenland. Veelal als hoofdtrainer en een ander groot deel is werkzaam bij een jeugdopleiding."
Beenhakker concludeerde dat de opgebouwde naam nog steeds meespeelt in de rest van de wereld. "We hebben de afgelopen decennia natuurlijk flink aan de weg getimmerd, zowel met trainers, clubs als het Nederlands elftal. Bovendien valt het in het buitenland op dat er in onze competitie erg veel jeugdige spelers doorbreken. Ook al slaan we daar nu een beetje in door, omdat we vanwege de beperkte financiën wel moeten. Dat neemt niet weg dat we gewoon erg goed zijn in het opleiden van spelers."
"We gaan gestructureerd te werk en hebben een aansprekende spelopvatting. Dat alles bij elkaar maakt het aantrekkelijk voor buitenlandse clubs om met Nederlandse trainers te werken", vervolgde de CBV-preses. "Als Nederlandse clubs internationaal geen successen meer boeken, kan dat negatieve consequenties hebben voor het beeld van de trainers. Vooralsnog is dat niet het geval, want er is nog voldoende vraag naar onze coaches. Maar de kwaliteit van het Nederlandse voetbal kan de zaak wel onder druk zetten."