Middenvelder keert terug in de Kuip, maar wint niet met Vitesse

Balende Leerdam: "Wij waren twee klassen beter dan Feyenoord"

1 februari 2014 om 10:45

Kelvin Leerdam keerde vrijdagavond terug op de plek waar het voor hem allemaal begon. In de Kuip moest de middenvelder met Vitesse genoegen nemen met een puntendeling tegen zijn oude club Feyenoord (1-1).

Yorick Hokke
ROTTERDAM

Leerdam had het al een beetje aan zien komen. Op het moment dat de middenvelder het veld betrad, werd hij onmiddellijk op een striemend fluitconcert getrakteerd door het Legioen. "Tijdens de warming-up werd er wel wat geroepen. Maar dat vind ik niet erg. Dat zijn mensen met een rood-wit hart, dat is Feyenoord", aldus Leerdam tegenover VoetbalPrimeur.

Even geen contact
In aanloop naar de wedstrijd had de geboren Surinamer bewust geen contact met zijn voormalige ploeggenoten uit Rotterdam. "Ik heb helemaal niemand gesproken. Ja, Miquel (Nelom, red.) een week eerder, maar ik wilde mij deze week vooral focussen op deze wedstrijd", aldus Leerdam, die negentig minuten meespeelde.

Ondanks veel balbezit slaagde Vitesse er in de eerste helft nauwelijks in om gevaarlijk te worden. Vlak voor rust kreeg het daarvoor de rekening gepresenteerd via een goal van Graziano Pellè. “Maar het is ook een kunst om je tegenstander de hele tijd achter de bal aan te laten lopen”, vond Leerdam. “Dan begint hun bloed te koken."

"Feyenoord niet geweldig"
In de tweede helft kwam Vitesse nog wel langszij door een goal van Guram Kashia, maar uiteindelijk bleef het bij 1-1. "Ik vind dat wij hier twee punten hebben verloren. Het was onze bedoeling het publiek stil te krijgen en ik vond dat wij twee klassen beter waren dan Feyenoord. Iedereen kon wel zien dat Feyenoord niet geweldig speelde."

Ajax kan zondag de lachende derde worden, wanneer de Amsterdamse koploper wint bij FC Utrecht. De voorsprong op Vitesse wordt dan uitgebouwd tot vijf punten. "Maar ook al zou Ajax van Utrecht winnen, dan zijn er nog dertien wedstrijden. Daarin kan veel gebeuren en bovendien komen zij nog naar Arnhem."