"Wordt dan lekker zevende of achtste, dan heb je geen 'last' van Europees voetbal"
De Nederlandse voetbalclubs hebben niet het recht neerbuigend te doen over de Europa League. Het kleine broertje van de Champions League is geen noodzakelijk kwaad, maar een podium voor clubs en spelers om zich te bewijzen. Dat meent Zeljko Petrovic.
Oud-voetballer Petrovic, die zelf als assistent-trainer met Feyenoord, Hamburger SV en Anzhi Makhachkala deelnam aan de Europa League, verwerpt de opstelling van sommige Nederlandse clubs ten opzichte van het Europese toernooi. "Er wordt altijd gesproken over onbekende en onaantrekkelijke tegenstanders, maar denk je dat ze bij Sparta Praag ooit van PEC Zwolle hadden gehoord toen ze het in de voorronde tegen elkaar op namen?", vraagt Petrovic zich hardop af in gesprek met Sp!ts.
"Het is toch juist mooi dat de minder grote clubs een kans krijgen zich op zo'n toneel te bewijzen? Daarom vind ik het schandalig hoe sommige Nederlandse clubs zich de afgelopen jaren hebben opgesteld in de Europa League, alsof het ze niet interesseerde. Wordt dan lekker zevende of achtste in de competitie, dan heb je geen 'last' van Europees voetbal", vervolgt Petrovic in gesprek met de krant.
De huidige assistent van bondscoach Dick Advocaat bij Servië wijst ook op het podium dat het toernooi spelers biedt. Met Feyenoord overwinterde hij in het seizoen 2004/2005 in de UEFA Cup. "In die wedstrijden speelden Dirk Kuyt en Salomon Kalou zich in de kijker bij grote clubs. In de Eredivisie deden ze het ook goed, maar scouts denken vaak: het is de Nederlandse competitie maar. Europa is wat dat betreft een ideale etalage voor spelers die nog geen enorme status hebben", aldus Petrovic.