PSV'ers nog steeds doodziek: "Hadden de Champions League moeten winnen"
De pijn van de Champions League-uitschakeling van PSV in het seizoen 2004/2005 zit nog steeds diep bij André Ooijer. De oud-verdediger stond net als Phillip Cocu, de huidige trainer van de Eindhovenaren, op het veld tijdens de halve finale tegen AC Milan.
PSV stevende af op een verlenging, totdat Mark van Bommel Massimo Ambrosini uit het oog verloor. "Als ik terugkijk op toen, word ik gelijk weer doodziek", aldus Ooijer in De Telegraaf. "We hadden dat jaar gewoon de Champions League moeten winnen. Als PSV na 1988 ooit weer een Europese prijs had kunnen winnen, was het toen met dat team."
De kans om als Nederlandse ploeg weer écht iets neer te zetten in Europa is zo goed als verkeken. "Je moet er altijd naar blijven streven, want je weet nooit hoe het loopt", stelt de oud-verdediger, die woensdag met PSV in het vliegtuig zat naar Sint-Petersburg voor de Europa League-wedstrijd tegen Zenit. Ooijer is in Eindhoven actief als commercieel medewerker en assistent-trainer van de A1.
"Het geloof dat je een stunt neer kunt zetten, zoals nu misschien tegen Zenit Sint-Petersburg, moet je altijd houden. Maar de kloof is natuurlijk wel groter geworden. Veel landen zijn ons voorbijgestreefd qua budget en spelersmateriaal."
"Een belangrijk verschil is dat de gemiddelde leeftijd van de Nederlandse teams flink omlaag is gegaan. De meeste ploegen die Europees succes hebben, zijn stukken ouder. We hadden toen in 2004/2005 een gemiddelde leeftijd van ruim 26 jaar. Het was een uitgebalanceerde groep, iedereen zat in de bloei van zijn carrière. Nu wordt er al heel veel verwacht van jonge spelers", aldus Ooijer. "Ik had het er laatst over met Mark van Bommel. Toen wij negentien waren, zaten wij nog bij Fortuna Sittard en FC Volendam. Nu moeten negentienjarigen al dragende spelers bij onze topclubs zijn."