De Boer verdedigt zichzelf: "Ik kan maar elf spelers opstellen"
Ajax hield zaterdag gelijke tred met Dinamo Moskou (2-2). De trainer van de Amsterdammers, Frank de Boer, ging na afloop van het duel in op de keuzes die hij maakte op het middenveld. Voor rust speelde aanwinst Nemanja Gudelj samen met Daley Sinkgraven en nieuwbakken aanvoerder Davy Klaassen.
Dat betekende dat Thulani Serero en Riechedly Bazoer in de tweede helft startten. Ook Ricardo van Rhijn mocht na rust opdraven, Kenny Tete kreeg in de eerste helft in het 'oudere' Ajax-team de kans. Toch moest er niks achter worden gezocht. "Ik kan maar elf spelers opstellen, waarvan drie middenvelders. Bazoer en Serero hebben een uitstekende trainingsweek achter de rug en ik ben heel tevreden over die twee", aldus De Boer tegenover De Telegraaf.
"Omdat we tegen een sterke tegenstander moesten, wilde ik liefst twee gelijkwaardige teams. Vandaar Bazoer en Serero met Donny van de Beek na rust en in de eerste helft Gudelj, Sinkgraven en Klaassen", vervolgt de trainer, die zag dat de jonge jongens uit de tweede helft fris oogden. Frisser dan het 'eerste' team. "Zij waren al een week eerder in training gegaan met Jaap Stam. Daarom konden ze het zo goed bijbenen."
In de eerste helft werd het flink warm en dat moest bijvoorbeeld captain Klaassen bekopen. "Iemand als Klaassen zat er helemaal doorheen de laatste tien minuten. Hij werd steeds rooier. Maar hij heeft dan ook vijf weken stilgestaan voordat hij de afgelopen maand weer is begonnen", besloto De Boer.