"Ze zijn blij als ze twee wedstrijden spelen in Europa. Dat is niets voor mij"

Het is deze week exact vijf jaar geleden dat Merab Jordania als eerste buitenlandse eigenaar zijn intrede deed in de Eredivisie. De Georgiër vertrok pijnlijk bij Vitesse, maar vindt zelf dat hij als kampioen het strijdtoneel heeft verlaten.

In het Algemeen Dagblad kijkt Jordania woensdag terug op zijn tijd in Arnhem, waar hij direct hoog van de toren blies over titels en prijzen. "Er was in het begin veel scepsis, maar ik heb mijn woord gehouden", vindt hij. "Vitesse had twee keer kampioen moeten zijn. In 2013 met Fred Rutten en ook het seizoen daarop. Toen ik wegging, eind 2013, was Vitesse koploper. Ik ben als kampioen vertrokken."

Zijn vertrek doet nog steeds pijn. "We waren er zo dichtbij. In mijn derde seizoen stonden we in de winterstop bovenaan. Ik beloofde Rutten dat hij een speler mocht halen. Fred wilde Kelvin Leerdam, die kostte maar 200.000 euro, en zei dat we met hem kampioen zouden worden. Leerdam kwam niet. Ik werd geblokkeerd (door Londen, red.). Twee, drie weken later was de competitie al verloren."

Met het huidige Vitesse heeft Jordania weinig op. "Ze zijn blij als ze twee wedstrijden spelen in Europa. Dat is niets voor mij. Ik praatte alleen over het kampioenschap. Welke ambitie heeft de club nu? Vitesse is een trainingskamp voor jeugdspelers geworden", aldus Jordania, die nu niet met een terugkeer bezig is. "Op dit moment ben ik daar niet klaar voor. Maar als ik een manier kan vinden de club te kopen, dan zal ik dat doen. Dat zal mijn droom zijn en het zal mijn droom mijn hele leven lang blijven."