Feyenoord-publiekslieveling: "Dat was lastig, daar lieg ik niet over"
Jan-Arie van der Heijden leek op een dood spoor te zitten bij Feyenoord, maar dit seizoen knokte hij zich terug uit geslagen positie. De 29-jarige verdediger ging evenwel door een moeilijke periode, waarin hij veel in zichzelf investeerde.
Met een personal trainer werkte Van der Heijden zich afgelopen zomer in het zweet. "Ik ben fysiek ook echt vooruitgegaan. Niet dat ik veel breder ben geworden, maar ik heb wel aan sprong- en duelkracht gewonnen", zegt hij in het Algemeen Dagblad. "Daarnaast ben ik sneller, wendbaarder. Als je niet speelt, heb je tijd over. Die heb ik gebruikt om flink in mezelf te investeren."
Dat wierp zijn vruchten af. In augustus verving Van der Heijden de geblesseerde Terence Kongolo en stond zijn plaats niet meer af. "Ik ben eerlijk, dit had ik natuurlijk ook niet verwacht", reageert hij. "Het is mooi dat meningen voor 180 graden zijn gedraaid. Het klikt met Eric Botteghin achterin, we voelen elkaar aan. En we zijn compleet verschillende types."
Het is een wereld van verschil voor Van der Heijden, die vorig seizoen regelmatig moest opdraven bij de reserves. "Dat was lastig, daar lieg ik niet over. Maar je hebt die wedstrijden in het tweede elftal nodig om fysiek klaar te zijn voor een wedstrijd in het eerste elftal. Alles is nu anders, ik speel weer. En het elftal wint."