'Eigenaardig dat ik me moet verdedigen omdat een man 140 miljoen investeert'
Vitesse was de eerste Nederlandse club die in buitenlandse handen viel. Volgens directeur Joost de Wit heeft het de Arnhemmers veel goed gedaan. Dat de club geen baas in eigen huis meer is, bestrijdt hij.
"Wat is nou baas in eigen huis? Ik moet daar wel een beetje om lachen. De continuïteit is vrijwel nergens zo goed verzekerd als hier", zegt De Wit tegen Voetbal International. "Stel dat wij op 15 juni bij de KNVB een begroting inleveren met een tekort van zes miljoen. Dan maakt onze eigenaar (Alexander Chigirinsky, red.) op 17 juni zes miljoen over. Noem mij naast Ajax nóg een club die zoveel cash heeft liggen."
"Al voor de eerste training staat het geld voor een heel seizoen op de bank", vervolgt De Wit. "Wie wil dat niet? Ik ken collega-directeuren met een iets lastigere puzzel." Hij snapt niets van de kritiek op buitenlandse eigenaren. "Het is toch eigenaardig dat ik me moet verdedigen omdat een man 140 miljoen investeert en een state-of-the-art trainingsaccommodatie neerzet. Ik ken clubs in de Eredivisie die helemaal niks doen aan jeugd. Wij steken er drieënhalf miljoen euro per jaar in."
Volgens De Wit is Chigirinsky realistisch. "De eigenaar gaat niet voor zilver. We hebben een discussie gehad over ambities en realiteit. We dromen van een kampioenschap, maar de realiteit is dat we de vijfde begroting hebben. De top-drie aanvallen, jaarlijks Europees spelen; dat is de doelstelling."