Jong Oranje moeizaam door laatste test
De moeizame oefencampagne zal Foppe de Haan enigszins zorgen baren. Over een ruime week, op zondag 10 juni, is Israël al de eerste tegenstander van Jong Oranje op het EK. De bondscoach heeft de resterende dagen alleen nog op trainingen de mogelijkheid om toe te werken naar een betere vorm.
De Haan is er de persoon niet naar snel in paniek te raken. Bovendien weet hij uit ervaring dat een matige voorbereiding geen garantie hoeft te zijn voor een slecht eindtoernooi. Een jaar geleden kwam Jong Oranje ook moeizaam op gang. Nederland was zoekende in de oefenduels, verloor de eerste wedstrijd op het EK in Portugal met 2-1 van Oekraïne, maar liet zich bijna twee weken later kronen tot toernooiwinnaar. Jong Oranje beschikte toen wel over een kwalitatief sterkere selectie dan nu.
Het matige spel tegen Polen viel deels te verklaren. De selectie van De Haan was pas sinds donderdag compleet. De bondscoach gaf de spelers van Ajax, AZ en RKC na de laatste play-offwedstrijden van zondag een paar dagen extra vrij.
Het basisteam staat in grote lijnen wel vast, zo bleek ook in stadion De Adelaarshorst. De belangrijkste vraag die De Haan de komende weken voor zichzelf moet beantwoorden, is wie het centrale verdedigingsduo gaat vormen. Normaal gesproken zijn dat aanvoerder Ron Vlaar en Ryan Donk. Wellicht dat Hedwiges Maduro een linie terugzakt. Jong Oranje mist volgens de bondscoach namelijk 'voetballend vermogen' in defensief opzicht. Tegen Polen speelden Vlaar en Kruiswijk achterin. Donk, die nog wat vermoeid was, kwam na rust binnen de lijnen voor Maduro.
Naast de defensieve problemen heeft De Haan ook nog wat denkwerk te verrichten wat betreft zijn voorhoede. Nederland creëerde gedurende de hele wedstrijd met Polen nauwelijks kansen. Dat was ook tegen Marokko het geval. De doelpunten zullen vooral moeten komen van Ryan Babel, maar de aanvaller scoort bij lange na niet zo makkelijk als zijn voorganger Klaas-Jan Huntelaar. In de tweede helft kwamen Tim Janssen en Roy Beerens binnen de lijnen. Janssen scoorde, maar het was typerend dat de treffer voor een groot deel mocht worden toegeschreven aan een verdediger. Vlaar kopte op de paal, waarna Janssen het meest attent was.