De drie grootste problemen van Ajax tegen Getafe en de correcties van Ten Hag

28 februari 2020 om 08:30
Laatste update: 28 februari 2020 om 09:04

Ajax won de tweede slag van Getafe, maar verloor de oorlog. Wat was het plan van Erik ten Hag om de Spanjaarden te verslaan, tegen welke problemen liep Ajax aan en hoe probeerde de coach dit op te lossen? VoetbalPrimeur analyseerde de wedstrijd.

Door Evert van Zoelen

Het plan
De eerste stap van het plan van Ten Hag was om een drie-tegen-twee situatie in de opbouw te creëren. Vaak werd dit gedaan door Eiting aan de linkerkant naast de twee centrale verdedigers uit te laten zakken. Eiting werd niet gevolgd door een middenvelder van Getafe, waardoor hij vaak de vrije speler in de eerste fase van de opbouw was.


Eiting zakt aan de linkerkant uit om een drie-tegen-twee situatie te maken.

Een andere manier waarop deze drie-tegen-twee gecreëerd werd was door Onana de verdediging in de laten schuiven. De keeper van de Amsterdammers stond opvallend hoog opgesteld tijdens de opbouw. Waarschijnlijk om een overtal tegen de spitsen van Getafe te creëren zonder dat Ajax daarvoor middenvelders hoefde terug te halen. 

Tadic stond op papier als spits opgesteld, maar de Serviër liet zich vaak naar links uitzakken. Hij positioneerde zich daar tussen de linies, iets wat in vaktermen 'positionele superioriteit' wordt genoemd. De vier tegenstanders om hem heen moeten namelijk allemaal uit positie stappen om druk op hem te kunnen zetten, wat ruimtes voor andere spelers opentrekt. De opbouw richting de 1-1 van Ajax was hier een goed voorbeeld van.


Tadic staat tussen de linies opgesteld, waardoor de rechtsback van Getafe uit positie moet stappen om druk op hem te zetten. Dit opent ruimte achter de back waar Eiting in kan komen waarna in het vervolg van de aanval de 1-1 valt.

Wanneer Tadic de ruimte tussen de linies opzocht was het Ryan Babel die naar binnen kwam om de spitspositie over te nemen. Van de Beek nam eenzelfde positie als Tadic in maar dan aan de rechterkant van het veld, terwijl de backs voor de breedte zorgden.


Tadic (1) en Van de Beek (2) staan opgesteld tussen de linies. Babel (3) neemt de spitspositie over. De backs (4 en 5) houden het veld breed.

De problemen
Tijdens de eerste helft had Ajax problemen die ervoor zorgden dat ze vaak niet in staat waren om aanvallen goed uit te spelen.

Het eerste probleem was dat de ruimte tussen de spitsen en het middenveld van Getafe vaak niet goed bezet was. In de openingsfase stond Gravenberch hier vaak wel opgesteld, maar na verloop van tijd trok hij steeds meer weg uit deze ruimte. Geen enkele andere speler maakte zich dan aanspeelbaar, waardoor de centrale verdedigers van Ajax geen aanspeelmogelijkheid in het middenveld meer hadden en daardoor soms al te snel voor een lange bal moesten kiezen.


Gravenberch is uitgezakt en trekt een tegenstander mee, maar niemand maakt zich aanspeelbaar in de ruimte in het middenveld. Daardoor hebben de centrale verdedigers geen mogelijkheid om de bal door het centrum te spelen.

Een tweede probleem dat Ajax had was ook te zien in de eerste wedstrijd tegen Getafe. Waar Ajax normaal gesproken weinig diepte zonder bal heeft, lijkt Ten Hag daar nu iets te veel de nadruk te hebben gelegd bij zijn aanvallers. Wanneer Ajax een vrije speler in de opbouw had bereikt werd er goed diepte gemaakt. Het probleem was echter dat drie of soms zelfs vier spelers op hetzelfde moment dezelfde loopactie in de diepte wilde maken. Hierdoor hoefde de Getafe-verdediging alleen maar mee te lopen om de diepe bal onschadelijk te maken.

Ajax had hier meer gevaar mee kunnen stichten door meer loopacties ten opzichte van elkaar te maken. Dus één speler die in de bal komt, terwijl een andere speler diep gaat.

Wanneer dat gebeurt dwing je de verdedigers om keuzes te gaan maken. Volgen ze de loopactie de diepte in dan komt er ruimte tussen de linies voor de speler die in de bal komt, volgen ze de speler die in de bal komt dan komt er ruimte voor de speler die diepgaat.


Babel (1), Promes (2) en Tadic (3) willen allemaal een loopactie de diepte in maken, waardoor ze elkaar in de weg lopen. Als bijvoorbeeld Babel juist in de bal gekomen was had je al meteen een heel andere situatie gehad.

Het laatste probleem dat Ajax in de eerste helft had had te maken met individuele kwaliteiten. Centrale verdedigers Martínez en Schuurs waren deze avond beide niet erg sterk aan de bal. Vaak wachtte ze te lang met het inspelen van een middenvelder waardoor Getafe de passlijnen alweer dicht had gelopen en Ajax tot een te snelle diepe bal werd gedwongen. Dit zorgde ervoor dat Ajax vaak de drie-tegen-twee op het middenveld niet kon uitspelen, aangezien Schuurs en Martínez niet genoeg vertrouwen hadden om de bal door het middenveld heen te spelen.


Ajax heeft met Van de Beek, Tadic en Gravenberch een drie-tegen-twee situatie in het centrum, maar de bal wordt niet gegeven. Martínez kan de bal direct op Van de Beek spelen. Stel dat de centrale verdediger Van de Beek volgt, dan kan Gravenberch er als derde man onderkomen en gebruik maken van het gat dat de centrale verdediger achterlaat. Volgt de centrale verdediger niet, dan kan Van de Beek zelf draaien en doorvoetballen.

De oplossingen
Aan het begin van de tweede helft kwam Promes het veld in voor Danilo en verhuisde Babel naar de rechterkant. Daarnaast wisselde Martínez en Blind van positie, waardoor Blind nu als centrale verdediger acteerde. Blind durfde vaker een middenvelder in te spelen en was daarnaast ook verdedigend een stuk stabieler dan Martínez in de eerste helft was.

Gravenberch kreeg de taak om zich standaard aan te bieden tussen de spitsen en het middenveld van Getafe. Iets wat een kettingreactie tot gevolg had.

Doordat een middenvelder van Getafe nu moest doorstappen ontstond er achter hem meer ruimte voor Ajax. Babel en Promes stonden zo opgesteld om de verdedigers van Getafe te 'pinnen' (ervoor zorgen dat ze niet uitstappen). Hierdoor hadden Tadic en Van de Beek extra ruimte tussen de linies.


Gravenberch biedt zich aan tussen de linies.


Gravenberch (1) staat opgesteld tussen de linies. Wanneer niemand naar hem doorstapt is hij vrij om aangespeeld te worden. Wanneer er wel wordt doorgestapt door één van de centrale middenvelders van Getafe, dan komt Tadic (2) of Van de Beek (3) vrij. Promes (4) en Babel (5) positioneren zich tussen de backs en de centrale verdedigers in om hen te 'pinnen'.

Een uitgebreid verhaal eindigt met een vrij simpele conclusie: vanuit tactisch oogpunt speelde Ajax een prima wedstrijd en de dingen die fout gingen werden goed gecorrigeerd door Ten Hag. Het probleem zit hem in de individuele kwaliteiten van de spelers. Als je tegen een team speelt dat zo goed georganiseerd is als Getafe, dan moet het tempo hoog zijn, dan moeten de keuzes juist zijn en dan moet alles in één keer goed gaan.

Dat was niet het geval bij Ajax. Te veel spelers die niet het gewenste niveau halen resulteert erin dat spelers 'tactisch' gezien wel vrij staan, maar als spelers aan de bal dat te laat zien, een andere keuze maken of de bal niet durven te spelen dan is het heel erg lastig om tegen een elftal als Getafe vier keer te scoren.