Dramatische start seizoen voor Van Beek: 'Snap goed dat de trainer verder kijkt'

1 oktober 2020 om 06:59

Sven van Beek kende, niet voor het eerst in zijn carrière, een vreselijke start van het nieuwe seizoen. De Feyenoord-verdediger moest afhaken met een enkelblessure en kreeg al snel te horen dat hij er minstens zes maanden uit zou liggen. Hij verwacht zelf sneller weer op het veld te staan.

Van Beek en blessures, het is een terugkerend verhaal. "Ik heb eigenlijk altijd pijn gehad", vertelt de verdediger in gesprek met het Algemeen Dagblad. "Maar voor het eerst in jaren heb ik echt gevoel dat ik die fase achter me heb gelaten. Niemand verwacht meer iets van mij, ik probeer er zelf ook voorlopig zonder verwachtingen in te staan. Maar toch, er is gezegd dat ik weer zes maanden niet zou kunnen spelen. Daar heb ik één antwoord op: ik ben veel sneller terug."

In de eerste oefenwedstrijd in aanloop naar het nieuwe seizoen ging het al weer mis voor Van Beek. Feyenoord schakelde vervolgens door en haalde Krasnodar-verdediger Uros Spajic op huurbasis naar De Kuip. "Ik snap heel goed dat de trainer verder kijkt. Dat zou ik ook doen. Bovendien speelde ik vorig seizoen ook nauwelijks. Feyenoord is een grote club en moet verder als er spelers geblesseerd afhaken. Maar die operatie in het Erasmus Medisch Centrum heeft mij wel het gevoel gegeven dat ik weer zal terugkeren als profvoetballer."

Aangegroeid bot
Naast de blessure aan zijn enkel werd Van Beek ook meteen aan een ander kwaaltje geholpen. "Zonder er een gedetailleerd medisch verhaal van te maken: ik heb op de wreef van mijn linkervoet een stukje aangegroeid bot", aldus de verdediger. "Dat deed al veel langer pijn, maar ik leerde ermee te leven. We wisten dat het er zat, maar toen het tegen Sparta meteen weer misging, hebben we besloten toch te opereren. De chirurg zei na afloop: ik denk dat je heel blij bent dat we dit hebben verwijderd. En ik voelde al snel: de pijn was weg."