Zes conclusies: geen 35 miljoen, maar Europa League-kruimels, sowieso geen Pot 1

24 augustus 2021 om 23:50

Het was een mooi zomers avontuur voor PSV, maar de Eindhovenaren hebben hun jacht op Champions League-voetbal niet kunnen bekronen. Benfica had genoeg aan een 0-0 in het Philips Stadion en trok het gewenste resultaat met tien man over de streep. VoetbalPrimeur deelt de belangrijkste discussiepunten na een vervelende dinsdagavond.

PSV strandt op zijn Nederlands, Benfica door op zijn Portugees
Typerender had het tweeluik tussen PSV en Benfica eigenlijk niet kunnen verlopen. De Nederlandse club had over 180 minuten het betere van het spel, de Portugese club kon uiteindelijk juichen. Het Philips Stadion ging er eens goed voor zitten toen Lucas Veríssimo na een half uur rood kreeg, maar PSV kon de overtalsituatie niet uitbuiten en de gasten uit Lissabon haalden het tempo uit de wedstrijd. Welke Portugese club ook tegen het Nederlandse club speelt, het loopt meestal niet goed af voor ons.

De wissels van Schmidt
Het waren opvallende teksten van Marco van Ginkel, die na zeventig minuten plaats moest maken voor Yorbe Vertessen. "Ik zou er een paar naar voren gooien, maar er is weinig gebeurd. De grote jongens bleven achterin staan. Je moet toch wat forceren, maar dat hebben we niet gedaan." Waar Benfica-trainer Jorge Jesus zijn stempel op het heenduel drukte met een vierdubbele wissel, kon PSV-collega Roger Schmidt het tij niet keren. Eerst Vertessen, Armando Obispo en Bruma, vlak voor tijd nog Jordan Teze en Ryan Thomas: alle vijf de ingrepen van Schmidt pakten weinig gelukkig uit.

Transferactiviteit op komst?
Aan de andere kant: wie had Schmidt nog als mogelijke stormram op de bank zitten? Niet voor niets wordt PSV al maandenlang aan oude bekende Luuk de Jong gelinkt. In de Eredivisie kun je wel aankomen met Vertessen en eventueel Fodé Fofana als back-ups voor Eran Zahavi, maar als PSV mee wil doen in Europa, mag er wel wat meer fysieke kracht aan het front komen. De transfermarkt is nog één week geopend...

Geen 35 miljoen, opnieuw de Europa League-kruimels
PSV speelde eind 2018 zijn laatste wedstrijd in het hoofdtoernooi van de Champions League en ziet de pot met goud opnieuw aan zich voorbijgaan. Bij een succes tegen Benfica had er 35 miljoen euro aan startpremie, coëfficiëntafhankelijke beloningen en tv-gelden klaargelegen, nu lonken de iets bescheidener Europa League-inkomsten. PSV moet wel heel ver komen in dat toernooi, voordat die grens van 35 miljoen weer in zicht komt: de startpremie bedraagt net geen vier miljoen, per behaald punt gaat PSV 210 duizend euro verdienen.

Hoe nu verder in de Europa League?
PSV gaat vrijdag – één dag later dan gepland – de koker in. Op het moment van schrijven zijn pas negentien van de 32 Europa League-deelnemers bekend, dus het is nog volstrekt onduidelijk wie PSV kan loten. Wat sowieso al vaststaat, is dat de Eindhovenaren niet in Pot 1 zullen belanden. Het clubcoëfficiënt van 29.000 waarmee het vorige seizoen werd afgesloten, volstaat sowieso niet om tot de acht sterkste Europa League-teams te behoren.

Geen coëfficiëntenfeest op de dinsdagavond
En nu we het toch over coëfficiënten hebben: PSV had Nederland in dit uiterst belangrijke seizoen een flinke zet in de goede richting kunnen geven, maar moet de vette Champions League-bonus aan Benfica en Portugal laten. Met een beetje geluk had Nederland na dit seizoen de sprong naar plek vijf en zes kunnen wagen, maar die wilde plannen moeten voorlopig doorkruist worden.

(Hein Nooijens/VoetbalPrimeur)