'De eerste emotie is onbegrip, we zijn voor het karretje gespannen bij Sparta'

Peter van den Berg kreeg maandag van het bestuurslid technische zaken van bij Sparta Leo Beenhakker te horen dat hij vanaf 1 januari 2015 niet meer gewenst was als trainer bij het eerste elftal van de club. De oefenmeester en oud-voetballer nam met verbazing kennis van het bericht, maar blijft naar zijn zeggen ondanks alles een echte Spartaan.

"De eerste emotie is eigenlijk onbegrip. Want op het moment dat een hoofdtrainer ontslagen wordt, twee weken daarvoor, en jij blijft aan als interim-trainer, dan krijg je het idee dat je bij de nieuwe hoofdtrainer assistent zal blijven", aldus Van den Berg tegenover RTV Rijnmond.

De oefenmeester heeft weinig begrip voor de rol van het bestuur in de kwestie rondom het opzijschuiven van hem en zijn collega John de Wolf. "Het maakt het nog wat vreemder, dat het een bestuursbesluit was om Gert Kruys te ontslaan en vervolgens de twee assistenten als interim tot aan de winterstop aan te stellen. En even later is het alweer een bestuursbesluit dat ook de assistenten eruit gaan. Dat bevreemdt mij een beetje. Want als je ontevreden bent over de gehele staf, dan moet je het in één keer doen lijkt mij. Ik had er meer vrede mee gehad, als de nieuwe trainer Alex Pastoor had aangegeven dat hij met een frisse start wilde beginnen bij Sparta met andere assistenten."

Het gevoel is dan ook bij Van den Berg aanwezig dat hij samen met De Wolf voor het karretje gespannen werd bij Sparta. "Achteraf kun je het wel zo noemen. Als je na het ontslag van Gert op internet en op social media kunt lezen dat ook aan ons ontslag wordt gewerkt, dan ga je wel eventjes nadenken. Toen we om opheldering vroegen, kregen we te horen dat we tot aan de winterstop aan zouden blijven en dat er daarna een evaluatie zou volgen en dat we zouden gaan kijken of we met de nieuwe trainer aan de slag konden gaan. Dan heb je hoop. Dan denk je misschien wel dat je als assistent aan de gang zult gaan bij de nieuwe hoofdtrainer."

Van den Berg blijft ondanks alles de Rotterdamse club een warm hart toedragen. "Ik ben van huis uit een Feyenoord-supporter, dat krijg je mee in je jeugd. Maar ik heb hier vijf en een half jaar gewerkt en ik kan inmiddels zeggen dat ik weet wat het gevoel is om Spartaan te zijn. En ik kan mezelf ook wel bestempelen als iemand die Spartaan is geworden."