KNVB wil EU-wetgeving over zwarte handel
Volgens Van Oostveen is er nu sprake van een omvangrijk grijs circuit. "Daardoor wordt twintig, dertig keer te veel betaald voor een kaartje van 65 euro. Deze toernooien moeten een hoge mate van toegankelijkheid hebben. Het mag geen kwestie van vraag en aanbod zijn."
Van de overkoepelende organisatie UEFA kreeg de KNVB de complimenten over hoe het de 'ticketing' bij het EK had geregeld. Van Oostveen: "Door onze aanpak weten wij tot op de stoel nauwkeurig wie waar zit. De kaarten kunnen daardoor niet in verkeerde handen vallen. Dat kunnen niet alle bonden zeggen."
Niet alle belangenorganisaties die kaarten krijgen gaan daar zo stringent mee om. Van Oostveen: "Bij Nederland - Frankrijk bijvoorbeeld zag ik tussen de vakken in het blauw ook plukjes oranje zitten. Dan frons ik mijn wenkbrauwen. De UEFA zou kordater moeten optreden als kaarten niet volgens de regels worden verkocht."
Bij de groepswedstrijden in Bern kreeg de KNVB 20 procent van de kaarten. Daarvan gaat 50 procent naar de supportersclub, 25 procent naar zakelijke relaties, nog eens 25 procent naar direct betrokkenen als spelersvrouwen, oud-internationals, commissieleden en dergelijke.
"Binnen de bestaande mogelijkheden is dit een goede regeling", zegt Van Oostveen. "Het verhaal dat het grootste deel naar onze sponsoren gaat is aantoonbaar onjuist. Dat de geldschieters dit percentage krijgen is legitiem. De selectie moet zich goed kunnen voorbereiden en daarvoor is financiering nodig. Maar ik denk dat iedereen heeft kunnen zien dat het hier geen 'blauwe blazer' feestje is geweest."