Nuchtere noorderling gaat voor de titel
VoetbalPrimeur toog naar Mechelen voor een monoloog met de nuchtere Noorderling. "Het niveau in België wordt onderschat."
Frans Raaijmakers
MECHELEN
Een verengelst stadion. Ouderwetse tribunes dicht op het veld. Waar moderne stadions tegenwoordig gestroomlijnd en strak aandoen, is de thuishaven van KV Mechelen wars van enige structuur. Ook de fans lijken van Britse makelij. Titelkandidaat Anderlecht komt op bezoek en de bijna 13.000 aanwezige kelen brengen de hele wedstrijd strijdliederen ten gehore. De match is strak uitverkocht.
Vroeger luisterde de thuishaven naar de nostalgische naam Achter de Kazerne. Er was in het verleden immers een militaire kazerne achter het stadion gehuisvest. Die kazerne is nu verdwenen, evenals de naam. Tegenwoordig heet de Mechelse thuisbasis het Veolia stadion, naar het transportbedrijf dat er hoofdsponsor is. Het lijkt het enige waar de commercie in Mechelen vat op heeft.
'Reuze zonde'
Pikant detail deze avond, Kruiswijk bestudeert de wedstrijd vanaf de tribune. Leek de Groninger nog op tijd fit, op het laatste moment speelde zijn zere dij hem toch weer parten. Hij ziet zijn ploeg op felheid worden afgetroefd. Een rode kaart vlak voor rust was debet aan de nederlaag, waar ook ex-FC Utrecht-aanvaller Giuseppe Rossini een hoofdrol vertolkte. Na een aanname op de borst, een soepele heupbeweging en een venijnig schot verdwijnt het leder achter de kansloze Anderlecht-goalie Davy Schollen. KV Mechelen op 2-0, wedstrijd op z?n kop. De aansluitingstreffer ten spijt, Anderlecht verliest het duel: 2-1.
"Reuze zonde", typeert Kruiswijk de nederlaag na afloop. Door het verlies nam tevens Standard Luik door een
overwinning op RC Genk de koppositie weer over de Brusselse ploeg. "Het staat ongelofelijk dicht bij elkaar. Anderlecht en Standard zijn echt aan elkaar gewaagd. Zowel qua niveau als qua punten. We hebben nog een aantal wedstrijden voor de boeg, nu gaat het er echt om. Het kampioenschap blijft natuurlijk ons doel", licht Kruiswijk
toe.
Zowel binnen als buiten het veld lijkt de Groninger inmiddels op zijn plaats, getuige de volgende monoloog: "In Nederland hebben ze niet zo'n positief beeld van het Belgische voetbal. Het wordt onderschat. Ik zit hier nu negen maanden en het is mij reuze meegevallen. Er zijn wel wat verschillen, ook in de manier waarop er gespeeld wordt. In Nederland wordt opener gevoetbald. Daar spelen ploegen die laag op de ranglijst staan nog voor de winst. Hier is het allemaal wat meer gecontroleerd. Tegen Anderlecht wapenen de ploegen zich en zakken ze meer in. Het is in België ook allemaal wat fysieker. Maar Anderlecht heeft een goede ploeg, ik denk zelfs dat ze in Nederland voor de landstitel mee zouden kunnen strijden. Al blijft dat moeilijk te zeggen."
Ambitie
"Iedereen heeft de ambitie om het hoogst mogelijke te halen. Ik ook. Maar ik ben geen carrièreplanner. Eerst wil ik bij Anderlecht een vaste waarde worden. Dat ben ik ook op het moment, maar dat is een tijd anders geweest. Ik had verwacht vandaag te spelen (tegen KV Mechelen, red.) en dat leek te gaan lukken. Maar ik bleek op het laatste moment toch niet helemaal fit. Het mooie van hier is dat je echt speelt om het kampioenschap en de Champions League-plaatsen. Of we iets te zoeken hebben op Europees niveau? Ach, dan zijn we weer een paar maanden verder en kunnen we daar naartoe groeien. We spelen er uiteraard wel voor. Het is ook het grote verschil tussen Anderlecht en FC Groningen. Bij mijn oude club was de situatie heel anders. Daar had je een prachtig seizoen als je Europees voetbal haalde. Hier moet je voor het kampioenschap gaan. Wat dat betreft is Anderlecht meer te vergelijken met de grote clubs in Nederland."
Niets boven Groningen
"Groningen verkies ik boven Brussel. Hier is het allemaal zo massaal. Groningen is kleiner, gezelliger. Dat heeft ook te maken met het feit dat je hier nog vrij nieuw bent en niet iedereen kent. Ik woon op het moment net buiten Brussel. Ik heb er bewust voor gekozen om net buiten de stad te gaan wonen. Het is daar toch wat rustiger en ik ben niet zo van het massale. In Groningen woonde ik ook al buiten het centrum. De aanpassing aan België is verder redelijk soepel verlopen. Natuurlijk zijn er verschillen. Vooral de taal, iedereen spreekt hier Frans. En niemand wil ook omschakelen naar het Nederlands. Ze doen dan net of ze van niets weten. Bij de club heb ik niet zo'n last van de taalbarrière. Er zijn drie spelers die Frans praten, de rest spreekt Engels of Nederlands. Iedereen is zowat tweetalig. Ik praat voornamelijk Engels. De aanpassing bij de club zelf valt dus mee."
'Je gaat toch ergens heen om te spelen'
Johan Cruijff waarschuwde afgelopen week jonge talenten voor foute keuzes tijdens de transferperiode. In zijn column in Telesport, de sportbijlage van De Telegraaf, wees de legendarische oud-voetballer op het Jong Oranje dat in 2007 Europees kampioen werd. Van de 23 spelers die destijds wonnen, zijn er nadien twintig van club verhuist. Alleen Gianni Zuiverloon, Arnold Kruiswijk en Roy Beerens mogen zich na hun transfer basisspeler noemen. "De keuze voor de club die het beste bij je past, is essentieel. En dan pas het geld", verduidelijkte Cruijff.
Kruiswijk reageert: "In het begin speelde ik natuurlijk ook niet altijd, maar nu maak ik wel veel minuten. Voor mij is dat gewoon heel prettig, je gaat toch ergens heen om te spelen. Je weet in het begin dat er de mogelijkheid is dat je er naast komt te staan en gelukkig heb ik dat kunnen omdraaien. Of veel van die jongens de verkeerde keuzes hebben gemaakt? Dat is voor mij moeilijk te beoordelen. Als je een mooie kans krijgt is het moeilijk om nee te zeggen. Toen ik de keuze maakte had ik wel het gevoel dat Anderlecht een club was die bij me zou passen. Ik was er rijp voor."