Gele onderzeeër lijdt schipbreuk
Door: Reon Boeringa
Toen ex-Feyenoorder Jonathan De Guzman vorige zomer de overstap maakte van Real Mallorca naar Villarreal waren de critici het eens: een droomtransfer. Villarreal speelde de afgelopen jaren met FC Barcelona het beste voetbal van de Spaanse Liga BBVA en deed jaarlijks mee om de Champions League-plaatsen, terwijl Mallorca meestal niet boven de middenmoot uitkwam.
Degradatiegevaar verdringt Europese droom
Het seizoen is nu halverwege en De Guzman zal ongetwijfeld met gemengde gevoelens naar de ranglijst kijken. Zijn oude club Mallorca speelt in de subtop, terwijl hijzelf met Villarreal bezig is aan een rampseizoen. Het degradatiespook waart rond in El Madrigal, nu er in de afgelopen elf wedstrijden pas één keer werd gewonnen. Daardoor werd Villarreal in de beker uitgeschakeld door het nietige CD Mirandes en eindigde het in de Champions League kansloos laatste in een poule met Bayern München, Napoli en Manchester City. In de competitie staat Villarreal negentiende.
Niemand had de vrije val van Villarreal zien aankomen. De club raakte afgelopen zomer wel aanvaller Santi Cazorla kwijt, maar kan nog altijd beschikken over de gewilde spitsen Giuseppe Rossi en Nilmar (foto onder). Het elftal staat verder bol van de routine, met Spaanse (ex)-internationals als Diego López, Carlos Marchena en Marcos Senna. Met Cristian Zápata en Matteo Musacchio heeft Villarreal bovendien twee van de grootste verdedigende talenten van dit moment in de gelederen.
Van tweede divisie naar UEFA Cup-finale
Villarreal beleefde de afgelopen jaren een stormachtige groei. Vrijwel uit het niets kwam de club omhoog vanuit de anonimiteit van de lagere divisies, waardoor de club de bijnaam El Submarino Amarillo (gele onderzeeër) kreeg aangemeten. In 2000 promoveerde Villarreal voor het tweede keer in de historie (twee jaar eerder lukte dat ook al, maar toen degradeerde de club gelijk weer) naar de hoogste klasse, waar het sindsdien niet meer uit verdween.
In 2002 debuteerde Villarreal in Europa en niet veel later maakten Nederlandse ploegen kennis met de verrassend sterke club uit Zuid-Spanje. SC Heerenveen en FC Twente werden de afgelopen jaren al eens slachtoffer van Villarreal. In 2004 bereikte Villarreal zelfs de finale van de UEFA Cup en twee jaar later stond het in de halve eindstrijd van de Champions League. In 2008 verraste Villarreal vriend en vijand door in de Primera Division tweede te eindigen. Afgelopen seizoen eindigde de club vierde en bereikte het de halve finale van de Europa League.
Niemand verwachtte dan dat Villarreal dit seizoen zo zwak zou presteren, maar dat het succes van de club niet blijvend zou zijn wist iedereen wel. Villarreal is afkomstig uit een stad van slechts 50.000 inwoners, terwijl het stadion El Madrigal met een capaciteit van ruim 24.000 één van de kleinste van de Spaanse competitie is. Daarmee valt op de lange termijn niet te concurreren tegen de grote buurman Valencia en giganten als Real Madrid en FC Barcelona.
Datzelfde Barcelona is aanstaande zaterdag de opponent van Villarreal; beide clubs hebben de punten keihard nodig. Barcelona is dit seizoen net zoals Villarreal niet helemaal zichzelf. De Catalaanse voetbalmachine hapert zo nu en dan tegen de kleinere ploegen, waardoor Real Madrid inmiddels een voorsprong van vijf punten heeft genomen.
Guardiola: "Prijzen bieden geen garanties"
Trainer Josep Guardiola waarschuwde zijn elftal eind vorig jaar al: "Dat we de afgelopen jaren zoveel prijzen hebben gewonnen biedt geen enkele garantie voor de toekomst. Het duurt jaren om iets op te bouwen wat wij hier hebben staan, maar je kunt het in een paar wedstrijden vergooien. Mensen verwachten van ons dat we blijven winnen, maar dat makkelijker gezegd dan gedaan."
Guardiola sluit uit dat hij deze maand nieuwe spelers aan zijn selectie toe zal voegen, ondanks de zware blessures van aanvallers David Villa en Ibrahim Afellay: "Je kunt wel geld gaan uitgeven aan nieuwe spelers, maar daardoor ben je niet zeker van betere prestaties. Onze selectie is inderdaad aan de kleine kant, maar daar hebben we bewust voor gekozen omdat we geloven in onze eigen opleiding."