Soeverein Oranje ongekend effectief en doelgericht op WK
Het Nederlands elftal springt op het WK behoorlijk efficiënt om met de kansen. Uit de statistieken van databureau Infostrada blijkt dat Oranje in de groepsfase een kwart van de doelpogingen in treffers heeft omgezet. Met tien doelpunten uit 39 kansen haalt de ploeg van bondscoach Louis van Gaal qua effectiviteit een percentage van 26 procent. Alleen Algerije doet het voorlopig beter, met vijf treffers uit zeventien doelpogingen (29 procent).
Wat opvalt aan de cijfers, is dat Oranje bijzonder doelgericht is. Van de 39 schoten of kopballen waren er liefst 26 tussen de palen gericht, een percentage van 67, aanzienlijk hoger dan alle andere landen. Van de overige dertien vlogen er zeven over of naast het doel, zes doelpogingen werden geblokt door de tegenstander. Mexico, de tegenstander van het Nederlands elftal in de achtste finales, kreeg slechts acht van de 31 pogingen op doel (26 procent). De Mexicanen scoorden in de groepsfase vier keer.
De meeste Nederlandse doelpogingen komen op naam van Arjen Robben, de uitblinker tot dusverre. De aanvaller van Bayern München zag zeven van zijn tien schoten op doel gaan, drie daarvan resulteerden in een doelpunt. Robben scoorde net als Robin van Persie twee keer tegen Spanje (5-1) en een keer tegen Australië (3-2). Cristiano Ronaldo heeft dit WK tot nu toe de meeste doelpogingen op zijn naam staan, veertien. Het vizier van de Portugese aanvaller staat echter niet op scherp. Slechts drie schoten waren op doel, zeven vlogen over of naast en vier werden geblokt.
Robben behoort met drie doelpunten en een assist tot de meest waardevolle spelers. Alleen de Franse spits Karim Benzema was nog vaker bij een doelpunt betrokken. Benzema maakte er zelf drie en leverde twee assists. De Braziliaanse vedette Neymar is met vier doelpunten (geen assist) voorlopig de topscorer van het WK. Daley Blind deed al drie keer het voorbereidende werk bij een doelpunt, net als de Colombiaan Juan Guillermo Cuadrado.
Naast de effectiviteit valt ook de duelkracht van Oranje op. De ploeg van Van Gaal ging in de drie groepswedstrijden 335 duels aan en won 54 procent daarvan. Alleen België, Honduras en Bosnië-Herzegovina hebben een hoger percentage gewonnen duels. Oranje maakte tevens al 68 overtredingen, veruit het meeste van alle landen. Uit het aantal passes blijkt dat het Nederlands elftal vooral reactievoetbal speelt. Oranje speelde de bal 1350 keer over; van de landen die al klaar zijn heeft alleen Kameroen minder passes (1191). Spanje, bekend om het 'tikkie-takkie', voert de lijst aan met 2092 passes. Het bleek echter voor de wereldkampioen niet genoeg om de groepsfase te overleven. (ANP)