Van Geel stuit op obstakels: "Veel spelers zien de competitie niet zitten"
Martin van Geel, technisch directeur van Feyenoord, is er nog altijd niet in geslaagd een van zijn beoogde nieuwe spitsen aan te trekken. De bestuurder had graag Bas Dost naar Rotterdam zien komen, maar kreeg van de spits te horen dat de Nederlandse competitie een stap terug zou zijn.
Op dat probleem stuit Van Geel vaker. Na het vertrek van Graziano Pellè, Bruno Martins Indi, Stefan de Vrij en Daryl Janmaat valt het niet mee gelijkwaardige vervangers aan te trekken. "Het is moeilijk om spelers te halen. Veel spelers komen niet omdat ze de competitie niet zien zitten", zegt hij in het Algemeen Dagblad.
Spelersmakelaar Kees Ploegsma, die ziet dat Nederlandse clubs spelers vaak slijten voor meer dan tien miljoen euro, denkt er precies hetzelfde over. De Eredivisie verkocht de afgelopen 3 jaar voor bij 375 miljoen euro aan spelers, terwijl slechts een derde van dat bedrag geïnvesteerd werd in het aantrekken van nieuwe aankopen. "Ik maak me wel zorgen over het niveau. Wat kan Feyenoord nou terughalen? Voor buitenlandse voetballers is Nederland niets meer dan een aardige opstap."
FC Groningen kan daar over meepraten. De club mikt op het opleiden van spelers en verkocht onlangs Filip Kostic voor zes miljoen euro aan VfB Stuttgart. "Maar als je het geld voor het investeringsfonds en de vergoeding voor de makelaars er afhaalt, blijft daar iets meer dan vier miljoen van over. Daar mogen we de helft van investeren. De andere helft gaat in ons vermogen en naar onze opleiding", aldus algemeen directeur Hans Nijland in het AD.