Vitesse neemt afscheid van Jordania-ambitie: 'Dat hoor je mij niet zeggen'
Vitesse is na het vertrek van voormalig eigenaar Merab Jordania druk aan het puinruimen. Op financieel vlak moet er het nodige gebeuren om niet in problemen te komen en te voldoen aan de Financial Fair Play-regels van de UEFA.
Directeur Joost de Wit geeft in een uitgebreid interview met Omroep Gelderland een kijkje in de keuken van de voetbalclub uit Arnhem. "De club heeft de kosten nu wel beter onder controle. Is bewuster. We hebben ook verschillende acties uitgezet en blijven daar mee bezig. Tegelijkertijd investeren we ook. We doen dat vooral in onze scouting en onze Academie. Twee pijlers waardoor we nog beter worden. Onze eigenaar Aleksander Tjigirinsky staat daar ook helemaal achter", aldus De Wit tegenover de regio-omroep.
Onder leiding van Jordania schreef Vitesse over de boekjaren 2011-2012 en 2012-2013 een netto verlies van 43 miljoen euro. Afgelopen jaar bleef dat verlies, vooral dankzij de transfers van Wilfried Bony en Marco van Ginkel, beperkt tot vier miljoen euro. Daarnaast wist Vitesse te snijden in de salarissen en wist het een dure speler als Jonathan Reis van de loonlijst te schrappen. Wil Vitesse binnen de lijntjes blijven kleuren, dan lijkt een transfer van topspelers als Marko Vejinovic en Davy Pröpper noodzaak.
"Als clubs dat denken, hebben ze het echt mis"
"Nou, we laten ons door niemand dwingen tot een snelle deal. Als clubs dat denken, hebben ze het echt mis. Transferinkomsten zijn net als voor alle andere clubs belangrijk. Dat is duidelijk. Mocht er belangstelling voor goede spelers komen en de juiste bedragen op tafel komen, zijn we zeker bereid serieus te kijken", gaat De Wit verder tegenover Omroep Gelderland. Ondertussen is de toon bij de Gelderse club iets milder. Gaf Jordania bij zijn komst nog te kennen binnen drie jaar kampioen van Nederland te willen worden, nu ligt die lat een stuk lager.
"Natuurlijk willen wij ook de nummer één zijn en iedere wedstrijd altijd winnen. Maar dat wij over drie jaar kampioen worden, hoor je mij niet zeggen. Het is meer gericht op uitdagend zijn. Laten zien 'dit zijn wij'. We willen meedoen in de subtop. Wat dat betreft is het wel een trendbreuk met de periode Jordania", aldus De Wit.