Professor wijst matchfixing-theorie af: "Dan is voor hen het risico het kleinst"
Matchfixing is zeker niet voorbehouden aan de lagere voetbalcompetities. Professor Ben van Rompuy deed namens Sportradar onderzoek naar verdachte wedstrijden en daarbij kwamen vooral de hoogste divisies aan de orde.
Ongeveer één procent van de in totaal 1625 bekeken wedstrijden heeft een verdacht stempel meegekregen. "Er doen allerlei verhalen de rondte over matchfixing. Maar het was nog nooit empirisch onderzocht wat nu precies de zwakke plekken zijn als je kijkt naar verdachte duels", vertelt Van Rompuy aan de NOS. "Bijna negentig procent van de verdachte duels zijn wedstrijden in een reguliere landencompetitie."
"Daarvan is 78% een duel uit de hoogste divisie van een land. Dat in tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht. Mensen gaan ervan uit dat hoe lager het niveau is en hoe lager de salarissen zijn, hoe hoger het risico is dat spelers ingaan op matchfixing. Dat blijkt dus niet te kloppen", blijkt uit zijn onderzoek. "Matchfixers zoeken duels uit waarop sowieso al veel wordt gewed, dan is voor hen het risico het kleinst."
Van Rompuy is daarom ook niet verrast over de vermeende matchfixing bij wedstrijden van Willem II tegen Ajax en Feyenoord. "Dat is minder gek als je weet dat er en sowieso al veel op zo’n wedstrijd wordt gewed. Niemand vindt het gek als een club als Willem II met een groot aantal doelpunten verliest. Dat zijn wedstrijden die juist vatbaar zijn voor matchfixing."