Bosz: 'Ik zei: aan zulke spelers heb ik niets, dan moet je maar gaan'
Het had niet veel gescheeld, of Davy Pröpper was nooit doorgebroken bij Vitesse. Toen Peter Bosz in 2013 werd aangesteld in Arnhem, kwam de middenvelder naar de trainer toe. Pröpper wilde meer spelen óf vertrekken, zo vertelde hij.
"Hij zei: trainer, ik wil dit jaar spelen. Ik wil niet nóg eens twee jaar op de bank zitten, want dan ga ik liever weg. Toen heb ik tegen hem gezegd: nou, dan moet je maar gaan", herinnert Bosz zich in gesprek met Voetbal International.
"Dat hij bij me kwam, strookt niet met zijn karakter. Misschien was hij ingefluisterd door iemand uit zijn omgeving om dat te doen. Ik zei: aan zulke spelers heb ik niets, dan moet je maar gaan. We kennen elkaar nog niet. Ik vind jou een goede speler, maar met deze opmerkingen kan ik niets."
"Ik had op dat moment met Marko Vejinovic nog een speler voor dezelfde positie als Davy. Ik was er net vijf dagen en dacht echt: pff, ga lekker voetballen en knokken voor je plek", vervolgt Bosz.
"Wat weinig mensen weten, is dat hij in die tijd een gesprek met FC Groningen had. Volgens Davy een heel goed gesprek, maar toch ketste het af. Was hij toen vertrokken, dan was zijn carrièreverloop mogelijk heel anders geweest. In de tussentijd liet hij zich op het veld nadrukkelijk zien. Ik zag hem dingen doen met de bal dat ik dacht: wat een geweldige voetballer, hij gaat bij mij gewoon spelen." In 2015 verkaste Pröpper van Vitesse naar PSV.
Lees ook: Bosz: 'Hij is zó vast, zó sterk. Onze manier van spelen paste perfect bij hem'