Natuurlijk behoort dit Oranje tot de top - maar met Blind wordt het nooit wat
OPINIE - Natúúrlijk hoort het Nederlands elftal met dit spelersmateriaal thuis op het WK 2018. Het ligt echt niet aan de defensie, blessures of een zogenaamd gebrek aan winnaarsmentaliteit dat Oranje al ruim twee jaar aan het tobben is. Met deze bondscoach wordt het gewoon nooit wat.
Door: Paul Audenaerd
Leg het maar eens uit aan een voetballeek. Oranje, hét vlaggenschip van de KNVB, het hoogst haalbare team voor elke Nederlandse prof, staat onder leiding van drie mannen die opgeteld één seizoen ervaring hebben als eindverantwoordelijke op het hoogste niveau. Danny Blind werd in het seizoen 2005/06 vierde met Ajax en kon daarna wieberen. Gewogen en te licht bevonden. Vanuit Zeist klinkt steeds de boodschap dat de bondscoach uitstekend functioneert – maar waar blijkt dat eigenlijk uit? Werkelijk niets.
Onzin
Het Nederlands elftal wordt tegenwoordig in één adem genoemd met B-landen als Roemenië, Bulgarije, IJsland en Polen. Van enig optimisme is sinds het EK-debacle geen sprake meer. Integendeel: het lijkt alsof Oranje de handen mag dichtknijpen wanneer het überhaupt een ticket verovert voor het WK in Rusland. Verschillende kenners maken ons nu zelfs wijs dat we niet goed genoeg zijn, dat Nederland als voetballand ernstig achterloopt en het voorlopig ook niet meer in orde komt.
Wat een ongelooflijke onzin.
Technisch directeur Hans van Breukelen heeft de mond vol van innovatie, een topsportklimaat, mental coaching en de opbouw van een kenniscentrum. Laat hem eens kritisch kijken naar het selectiebeleid, de opstellingen en de tactische keuzes van Blind. Dit Oranje, deze generatie spelers, verdient een betere trainer. Niet iemand zonder ervaring, iemand die geen interesse toonde in een potentiële ster als Hakim Ziyech, iemand die alltime topscorer Robin van Persie behandelt als een melaatse.
Nederland kan een beroep doen op keepers van FC Barcelona, Tottenham Hotspur, Everton, Feyenoord en PSV. Virgil van Dijk en Stefan de Vrij hebben de potentie om de wereldtop te halen – of zien Bayern München, Chelsea en Manchester City het verkeerd? Daley Blind, Erik Pieters, Daryl Janmaat en Patrick van Aanholt zijn backs die al jaren probleemloos meedraaien in de Premier League, toch echt de beste competitie ter wereld.
Rick Karsdorp, Terence Kongolo, Nathan Aké, Jerry St. Juste en Matthijs de Ligt hebben de wereld aan hun voeten liggen. Misschien ziet Jetro Willems het licht, ontwikkelen Joshua Brenet en Daley Sinkgraven zich door, knokt Kenny Tete zich terug in Ajax 1 en gaat Jeffrey Bruma op een dag minder foutjes maken. Laat ons eens ophouden met jammeren over de defensie.
Kwakzalver
Georginio Wijnaldum en Kevin Strootman - vedettes, beiden 26, in de kracht van hun voetballeven - gaan de komende vijf, zes jaar de orders uitdelen op het Oranje-middenveld. Davy Klaassen mag het na de zomer laten zien in de Europese subtop en ook Davy Pröpper en Tonny Vilhena kunnen die stap maken. Een fitte Marco van Ginkel gaat knallen in 2017. Genoeg redenen voor optimisme.
Marten de Roon en Nigel de Jong zijn de ideale controleurs. Toon vertrouwen in Riechedly Bazoer en Bart Ramselaar. Gebruik Wesley Sneijder in hemelsnaam niet meer als hangende linksbuiten. Van Persie, Arjen Robben, Bas Dost, Memphis Depay, Quincy Promes, Vincent Janssen, Eljero Elia: ook in de Oranje-aanval bulkt het van de toppers met specifieke kwaliteiten.
Met grootmachten als België, Duitsland en Spanje kan dit Oranje zich niet meten. Dat vraagt ook niemand. Véél meer uit dit spelersmateriaal halen, dat is de kunst. Een bondscoach heeft de taak een geoliede machine te smeden. Hij zorgt voor synergie en doktert een tactiek uit die het beste naar boven haalt in elf individuen. Die kwaliteiten ontwikkel je door ze jarenlang, onder druk en op niveau, toe te passen en te oefenen. Met vallen en opstaan. Trainer zijn is namelijk een ervaringsvak. Een nieuwe Eredivisie-opzet, het inschakelen van mental coaches, honderd symposia organiseren over hoe het beter moet: allemaal verspilde energie en zonde van de tijd. Zolang een kwakzalver als Blind aan het roer staat, is één ding zeker: met het Nederlands elftal komt het sowieso niet goed.