Ajax opnieuw ten onder tegen Vitesse: achterstand op PSV naar tien punten
Ajax lijkt de eerste landstitel sinds 2014 definitief te kunnen vergeten. In Arnhem was Vitesse met 3-2 te sterk voor de Amsterdammers, die de achterstand op koploper PSV zien groeien naar tien punten.
In de wetenschap dat PSV zaterdagavond met 3-0 won van FC Utrecht, móést Ajax zondag Vitesse verslaan om niet verder achterop te raken. In Arnhem was echter nauwelijks te zien dat de ploeg van trainer Erik ten Hag voor zijn laatste kans vocht. Met Siem de Jong in de spits creëerde Ajax amper kansen en was Vitesse gevaarlijker.
Dat resulteerde na een kwartier spelen in de 1-0. Navarone Foor ving een afvallende bal op, twijfelde niet en ramde de bal in de kruising achter doelman André Onana. Ajax stelde daar feitelijk niets tegenover in de eerste helft. Na rust ging het niet veel beter. Bryan Linssen profiteerde in de 57ste minuut van een fout van Max Wöber en zette Ajax op een 2-0 achterstand.
Ten Hag greep meteen in door Mateo Cassierra en Amin Younes te brengen en dat sorteerde effect. Cassierra stond koud in het veld toen hij uit een standaardsituatie de aansluitingstreffer maakte. Tien minuten later drukte Vitesse de Ajax-hoop echter weer de kop in. De Amsterdamse defensie stond te slapen, waardoor Linssen bij de tweede paal kon binnentikken: 3-1.
In het laatste kwartier ontketende Ajax een slotoffensief, wat nog één doelpunt opleverde. De 3-2 van De Jong mocht echter niet baten. De titelrace in de Eredivisie lijkt daardoor beslist. PSV heeft met nog acht competitiewedstrijden voor de boeg een voorsprong van tien punten. AZ is Ajax tot op twee punten genaderd. 15 april staat Ajax - PSV op het programma.