'De 'dj' gooide er na het eindsignaal een speciale Van Persie-plaat overheen'

Feyenoord won zondag op de valreep van het FC Utrecht van Dick Advocaat dankzij een doelpunt van Robin van Persie. De kranten zijn maandag gematigd positief over het spel van de Rotterdammers.

Het Algemeen Dagblad richt zich op de spelers van Feyenoord die met hun individuele kwaliteiten een wedstrijden kunnen 'winnen'. 'Bij Feyenoord hebben ze opeens weer drie spelers die vanuit pure individuele klasse een wedstrijd kunnen beslissen. En dat is nodig ook, want het voetbal is verder nog altijd te stroef om de tegenstanders zomaar omver te kegelen. Natuurlijk, Feyenoord was gisteren beter dan FC Utrecht, niet voor niets de nummer 15 van de eredivisie. En Feyenoord kreeg ook meer kansen. Maar wat als de counter met Joris van Overeem en nog vier Utrechters tegenover een minderheid aan Feyenoorders wel een treffer had opgeleverd?'

De Telegraaf schrijft vooral over Robin van Persie, die Feyenoord de laatste weken bij de hand neemt. 'Rustig achterover leunen doe je bij wedstrijden van Feyenoord niet zo gauw. Alleen de vele hoogstandjes van sterspeler Robin van Persie zijn voor het publiek van Feyenoord misschien een reden om in een zetel van te genieten.'

RVP produceerde de winnende treffer drie minuten voor het einde. Zijn rake kopbal volgde op een voorzet van de met paars haar uitgedoste Jeremiah St. Juste, die dus in dubbel opzicht een kleurrijke wedstrijd speelde. Van Persie kreeg meteen daarna zijn applauswissel van trainer Giovanni van Bronckhorst. De 'dj' van het stadion gooide er na het laatste fluitsignaal nog een speciale Van Persie-plaat overheen.'

Volgens de Volkskrant was het spel van Feyenoord matig, maar goed genoeg. 'Zonder geweldig te spelen, creëert de thuisploeg in de eerste helft een handvol kansen. Enkele positiewisselingen aan Feyenoordzijde brengen de organisatie van Utrecht al in de war. Van Persie kopt in kansrijke positie net over, terwijl Berghuis schuin voor doelman David Jensen de bal niet in het doel krijgt. Bij Utrecht kijken sommige spelers elkaar vragend aan.'