Burn-out na vertrek bij KNVB: "Vijf, zes, zeven maanden had ik nergens zin in"

Van Breukelen zat behoorlijk met 'zichzelf in de knoop', toen hij in augustus 2017 na een roerig jaar opstapte bij de KNVB. "Ik vond het vooral vervelend voor de mensen bij de KNVB. Mede door mij kwam de KNVB in een negatief daglicht te staan. Op een gegeven moment was ik er dag en nacht mee bezig. Zo kon en wilde ik het niet meer", blikt hij terug in de Volkskrant.

Van Breukelen was op. "Vijf, zes, zeven maanden had ik nergens zin in. Ik stapte ambitieus de KNVB binnen en wilde heel veel. Misschien te veel en te snel. Op een aantal aspecten doe je dan niet de juiste dingen. Ik zou het, terugkijkend, anders hebben gedaan en beter. Dat staat buiten kijf. (...) Dan word je op een dag wakker met het gevoel dat alles uit je vingers is geglipt."

"Daarna, en dat was voor het eerst van mijn leven, ben ik gevlucht. Ik voelde faalangst. Ik ben altijd een veelgevraagd spreker geweest, maar dacht: zitten ze nog op mij te wachten?", aldus Van Breukelen. "Ik was kritisch naar mezelf toe, voor het eerst met het gevoel in een zwart gat te zijn gevallen. Er was geen doel meer en een doelloos leven past niet bij mij."

De media waren niet op de hand van Van Breukelen, beseft hij. "Ik weet dat het zo gaat in een publieke functie. Ik kon trouwens ook heel erg lachen om kritiek van bijvoorbeeld Johan Derksen, omdat ik wist dat die ging komen. Als dat dan precies gaat zoals je verwacht, is dat best grappig."