'Ik moet kalmeringsmiddelen nemen bij elke naam die rondgaat: hele doos bij Götze'
Mario Götze verruilde PSV deze zomer voor Eintracht Frankfurt, maar leek daarvoor hard op weg naar Benfica. Jorge Nuno Pinto da Costa, de 84-jarige voorzitter van rivaal FC Porto, vreesde even het ergste.
Trainer Roger Schmidt wilde landgenoot Götze graag meenemen en Benfica kon hem voor een afkoopsom van vier miljoen euro ophalen. Pinto da Costa kreeg het nieuws ook mee. "Ik moet kalmeringsmiddelen nemen bij elke naam die rondgaat. Toen de naam van Götze viel, heb ik een hele doos gebruikt om weer rustig te worden. Uiteindelijk kwam hij toch niet, dus toen kon ik ermee stoppen", knipoogt hij in gesprek met Porto Canal.
Benfica slaagde er niet in om de transfer rond te maken, omdat men een lagere transfersom af wilde dwingen. Pinto da Costa ziet hier een patroon in: Portugese clubs zijn gebonden aan strenge belastingregels en zijn daardoor financieel kwetsbaar. "Niet alleen FC Porto, maar alle Portugese clubs moeten spelers verkopen. Wij zijn fors in het nadeel, omdat we veel meer belasting betalen. Als ik een speler één miljoen euro aanbied, kost me dat 2,2 miljoen, maar in Italië is dat 1,5 miljoen", rekent hij voor. "Vorig seizoen hebben wij vijftig miljoen euro aan de staat betaald."