Slordig Oranje plaatst zich voor WK
Oranje plaatste zich nog nooit zo overtuigend (nul verliespunten en een doelsaldo van 14-2) voor een grote eindronde. De formatie van bondscoach Bert van Marwijk trof met Schotland, Noorwegen, Macedonië en IJsland ook niet de beste ploegen van Europa. Aan de andere kant komt het zelden voor dat een formatie tijdens het kwalificatietoernooi in alle duels zo makkelijk overeind blijft als het huidige Nederlands elftal. Slechts het toenmalige West-Duitsland won in de aanloop naar het WK van 1982 in Spanje alle kwalificatiewedstrijden. Oranje kan dit record tijdens de twee laatste optredens in de poule evenaren.
Het Nederlands elftal kwam bij IJsland net als de voorgaande vijf duels nooit serieus in de problemen. De zeven verdedigend ingestelde spelers gaven slechts één scoringskans weg. Het aanvallende kwartet vermaakte de toeschouwers vooral voor rust regelmatig met technische hoogstandjes. Vooral Rafael van der Vaart mag terugkijken op een goede wedstrijd. De aanvallende middenvelder kreeg de laatste weken weer regelmatig speeltijd bij Real Madrid. Hij mocht daardoor van bondscoach Bert van Marwijk in de basisformatie beginnen. Dirk Kuijt kreeg als centrumspits de voorkeur boven Klaas-Jan Huntelaar, die de laatste weken nauwelijks in actie kwam voor Real Madrid.
De gretige Van der Vaart bereidde al na negen minuten de openingstreffer van Oranje voor. Hij vond het hoofd van Nigel de Jong, die onberispelijk raak kopte (0-1). Acht minuten later was de wedstrijd eindelijk al beslist. De bal belandde na een afgeslagen aanval voor de voeten van Mark van Bommel. De middenvelder van Bayern München verraste doelman Gunnleifur Gunnleifsson in de benedenhoek: 0-2.
Oranje kreeg vervolgens alle kans op een grote zege. Arjen Robben verscheen driemaal oog in oog met de doelman van IJsland. Van der Vaart bood Robin van Persie twee keer een grote mogelijkheid op een derde treffer. De aanvaller van Arsenal raakte na een fraai hakballetje van Van der Vaart ook nog de paal. De meeste spelers van het Nederlands elftal leken zich na rust te realiseren dat ze een lang en slopend seizoen achter de rug hebben. Oranje schakelde over naar een tempo lager, waardoor IJsland ook niet meer zo slecht leek.
De formatie kon echter niet voorkomen dat Nederland al een jaar voor de start van de mondiale eindronde in Zuid-Afrika weet dat het voor de negende keer aan een WK mag deelnemen. Al kreeg Kristjan Örn Sigurdsson het thuispubliek in de 88e minuut nog wel op de banken met een tegentreffer (1-2). Invaller Huntelaar raakte daarna nog de lat.