Lurling: "Bij NAC is niemand de vedette"

14 november 2007 om 10:22

De kern van het elftal bestaat uit spelers die het bij een topclub net niet konden maken, maar bij een subtopper wel uitstekend uit de verf komen. Zo ook Anthony Lurling. De 30-jarige aanvaller speelde twee seizoenen voor Feyenoord, alvorens hij via een omweg bij NAC belandde. VoetbalPrimeur sprak met hem.

Door: Carlo Willemsen

Spelers die het bij een topclub niet hebben gemaakt. Vaak genoeg komen die ook bij een subtopper niet tot grootse prestaties. Laat staan als er meerdere tegelijk in één elftal spelen. Te grote ego?s willen een goede en saamhorige sfeer nog wel eens in de weg staan. Toch heeft NAC het aangedurfd om maar liefst negen spelers aan te trekken die voor een topclub hebben gespeeld, maar de verwachtingen daar niet geheel konden waarmaken. Edwin de Graaf, Csaba Fehér, Joonas Kolkka, Anthony Lurling, Rogier Molhoek, Patrick Mtiliga, Victor Sikora, Jelle ten Rouwelaar en Edwin Zoeterbier hebben allen onder contract gestaan bij Feyenoord, Ajax, PSV en/of AZ. En dan heb je ook nog Matthew Amoah, die twee seizoenen het shirt van Borussia Dortmund heeft mogen dragen.  Hoe kan het dat de komst van deze spelers bij NAC wel een succesformule blijkt? ?We zijn allemaal jongens die niet te beroerd zijn om voor elkaar te werken,? legt Anthony Lurling uit. ?Niemand voelt zich beter dan een ander en dat maakt ons tot een hecht team.?



Kwaliteit

Toch moet het ook Lurling hebben verbaasd dat NAC zo goed presteert? ?Ja en nee,? aldus de rappe linksbuiten. ?Er waren vooraf mensen die voorspelden dat wij net boven de gevarenzone zouden eindigen. Zo rond de vijftiende plaats. Dat vond ik toen al onzin. Kijkend naar onze selectie ging ik er wel vanuit dat wij een goed seizoen zouden draaien. Maar zo goed als het tot nu toe loopt, had ik ook niet verwacht. We staan op de zevende plaats en doen dus volop mee om Europees voetbal.?

Lurling beaamt wel dat spelers kopen die bij een topclub zijn mislukt, geen garantie is voor succes. ?Het is in het verleden dikwijls fout gegaan, maar dat wil niet zeggen dat het niet kan werken. Als ik naar NAC kijk, zie ik allemaal spelers met voldoende kwaliteiten. We hebben niet voor niets in de top gespeeld. Dat we het daar niet helemaal hebben gemaakt, is een ander verhaal. Daar heeft iedereen zijn eigen redenen voor. Neem mijn eigen carrière. Ik heb drie jaar uitstekend gepresteerd bij Heerenveen. We werden zelfs tweede met mij als topscorer. Vervolgens ging ik naar Feyenoord. Iedereen zegt wel dat ik daar ben mislukt, maar ik heb in twee seizoenen bijna alles gespeeld. In mijn tweede jaar kwam ik tot vijf doelpunten en negen assists. Voor een buitenspeler zijn dat acceptabele cijfers. Bovendien blinkt mijn toenmalige concurrent nu wekelijks uit bij Arsenal. Zo slecht heb ik het dus nog niet gedaan in Rotterdam. Ik had alleen de pech dat Ruud Gullit daarna trainer werd en hij het niet in mij zag zitten. Dat kan gebeuren in de voetballerij.?


Hard werken

Met kwaliteit heeft het dus meestal niets te maken, als voormalige topspelers bij een subtopper ondermaats presteren. Het gaat om de ego?s. Lurling: ?Bij NAC werken we allemaal keihard voor elkaar. Dat is misschien het verschil. Niemand voelt zich de vedette. Ook ik ben er niet vies van om mezelf in het zweet te werken. In de uitwedstrijd tegen FC Twente liep ik alleen maar achter mijn directe tegenstander aan. Maar we haalden wel een punt weg uit Enschede. Daar gaat het om.?
 
NAC toont zich dit seizoen een lastige opponent om tegen te voetballen. De ploeg speelt zeer compact, wachtend op foutjes van de tegenstander om die vervolgens keihard af te straffen. Een speelstijl die werkt. ?Dat is de grote verdienste van de technische staf,? vertelt Lurling. ?Daar zit zoveel voetbalknowhow. Neem trainer Ernie Brandts. Die man heeft meer dan dertig interlands achter zijn naam staan. Zijn rol is ontzettend belangrijk. Hij zorgt er mede voor dat elke speler weet wat hij in het elftal moet doen en dat iedereen met zijn beide benen op de grond blijft staan.?

Ambities

Heeft Lurling zelf nog ambities om hogerop te spelen of is NAC zijn eindstation? ?Ik was altijd iemand die strak zijn carrière plande. Ik wilde de weg bewandelen van Ruud van Nistelrooy. Van Heerenveen naar de Nederlandse top en van daaruit naar een mooie club in het buitenland. Nu denk ik daar anders over. Ik ben blij een vaste basisspeler te zijn bij NAC. Het is geweldig om in dit elftal te mogen spelen. Ik heb het plezier weer helemaal hervonden. Aan carrièreplanning doe ik niet meer. Dat is onmogelijk in de voetballerij, dat heb ik inmiddels wel geleerd. Het enige dat ik weet, is dat ik zo lang mogelijk op het hoogste niveau actief wil blijven. En als dat kan bij NAC, vind ik dat prima. Zeker als we zo goed blijven presteren. En dat gaat gebeuren. Ik heb er alle vertrouwen in dat we dit seizoen bij de eerste negen eindigen.?

Lees meer over:

Deel via