Keizer: "Waar komt de euforie vandaan, vraag ik me af"

"Heb me bij onaantrekkelijk Ajax zelden vermaakt"

8 juni 2013 om 11:24

"Waar komt de euforie bij Ajax vandaan, vraag ik me af", zegt Keizer in het Algemeen Dagblad. "Ik heb geregeld op de tribune gezeten, maar ik heb me zelden vermaakt. Ze raken de bal niet kwijt hoor, maar die ging dan te veel breed en terug. Risico werd vermeden. Het was niet aantrekkelijk."

"Er waren dit seizoen wedstrijden waarbij ik dacht: wat heb ik hier te zoeken? Dan ging ik ook weg in de rust", vervolgt de linksbuiten van weleer. "Wat Ajax heeft laten zien is voldoende voor het kampioenschap. Dat is dus de norm. Een treurige constatering, het moet beter."

Eén van de spelers die hem niet kan bekoren, is Ricardo van Rhijn. "Van Rhijn? Nou, ik nodig mensen uit om met mij welke wedstrijd dan ook van het seizoen te bekijken. Dan komen we wat foutjes tegen, hoor. Beelden liegen niet." Over Frank de Boer is hij gematigd enthousiast.

"Hij doet het goed, zeker. Hij heeft al afstand genomen van zijn eigen carrière, maar is meer coach dan trainer. Dat is ook zijn opdracht: presteren met het eerste team. Ik heb niet de indruk dat hij zich sterk heeft verdiept in het verbeteren van de persoonlijke kwaliteiten van de spelers. Daar heeft hij ook geen tijd voor. Wil je je Europees manifesteren, dan moet het rendement veel hoger."

Voor hervormer Johan Cruijff en het technische hart (De Boer, Dennis Bergkamp, Wim Jonk) is nog wel een belangrijke rol weggelegd. "Ik hoop dat het technisch hart trainers vindt die zich alleen maar bezighouden met begeleiding en ontwikkeling van basistechnieken, vanaf zes jaar en misschien tot 36 jaar", aldus Keizer.