Vlaar: "Ik dacht meteen: dit ga ik niet nog een keer zo meemaken"

“Ik heb de laatste jaren heel veel touwtjes zelf in handen genomen, qua verzorging, rust en voeding. Elke keer probeer ik mezelf op details te verbeteren, die ontwikkeling stopt nooit." Tussen de Vlaar die in 2005 debuteerde in Oranje en de Vlaar die nu op het WK één van de uitblinkers is, zit een wereld van verschil.

Iedereen weet nog wel hoe hij als twintigjarige volledig werd gedold door de Italiaanse spits Luca Toni. Nu gaat Vlaar zonder vrees de strijd aan met de beste spitsen ter wereld. "Ja, er is sindsdien veel gebeurd. Ik ben elke dag bezig om beter te worden. Met name op mentaal vlak ben ik zoveel sterker geworden."

Twee jaar 'out'
Het is Vlaar dan ook lang niet altijd voor de wind gegaan. Twee zware knieblessures kostten de verdediger twee jaar van zijn carrière. "Daarna moest ik een omschakeling maken in mijn hoofd. Natuurlijk was ik blij dat ik na twee jaar weer topsport kon bedrijven, maar aan de andere kant wil ik altijd elke dag beter worden. Dan moet je niet relativeren, want dat is stilstand en dan ga je eraan. Een voetbalcarrière duurt hooguit vijftien jaar, in korte tijd moet je alles eruit halen."

De aanvoerder van Aston Villa wordt ondersteund door 'Team Vlaar', met onder anderen een eigen fysiotherapeut en mentale coach. "Bij topvoetbal komt veel meer kijken dan alleen trainen en wedstrijden spelen. Ik heb wat vakmensen om me heen verzameld die me ondersteunen op fysiek en mentaal gebied."

Een monnik
Vlaar bereidde zich als een monnik voor op het WK. De robuuste verdediger drinkt geen druppel alcohol meer, pakt zijn rust wanneer dat kan en verdiept zich in boeken over 'mindsetting'. "Op elk aspect kan ik winst halen. Ik moet er heel veel voor doen en laten, maar dat geeft niet. Ik heb heel heldere, haalbare doelen voor mezelf gesteld. Tot nu heb ik ze allemaal gehaald. Dit WK was er één van."

Al na het totaal mislukte EK van 2012, waar Oranje in de groepsfase ten onder ging aan onderlinge perikelen, nam Vlaar zich voor dat het WK in Brazilië de revanche moest worden. "Ik was op het EK nog relatief nieuw in de groep, maar dacht daarna wel meteen: wat er ook gebeurt, dit ga ik niet nog een keer zo meemaken. Ik heb heel veel energie gestoken in de voorbereiding op het WK. En kijk waar ik nu sta. Als je dit Oranje vergelijkt met twee jaar terug, is er achterin heel wat veranderd. Maar ik ben er nog steeds. Dat betekent dat mijn ontwikkeling niet stopt."

(ANP)