'Maar heeft Cruijff recht van spreken als we naar zijn eigen Ajax kijken?'
Met de nederlaag van Jong Oranje, maandagavond verloor de ploeg van bondscoach Adrie Koster voor de tweede keer op rij, werd het gelijk van John Cruijff bewezen. Dat vindt althans Frits Barend, die op de website Helden Online ingaat op de zogenaamde 'kindertransfers'.
Cruijff beweerde onlangs in zijn column in De Telegraaf dat de kans op slagen van jong weggekochte talenten in het buitenland nihil is. 'Eerlijk gezegd komt er niet een Nederlandse speler in me op die als teenager naar het buitenland is vertrokken en daadwerkelijk de top heeft gehaald, laat staan het Nederlands elftal', schreef Cruijff, wiens gelijk maandag werd bewezen in de ogen van Barend.
Nathan Aké, Karim Rekik en Luc Castaignos, die in een vroeg stadium van hun carrière een 'kindertransfer' ondergingen, konden niet voorkomen dat Jong Oranje verloor van Jong Slowakije (0-1). Eerder was ook Jong Georgië al te sterk voor de Oranje-talenten. Mogelijk loopt Jong Oranje door de twee nederlagen zelfs deelname aan het EK onder 21 in 2015 mis.
'Maar heeft Cruijff recht van spreken als we naar zijn eigen Ajax kijken?', vraagt Barend zich af op de website van Helden. 'Thomas Vermaelen was vijftien, Jan Vertonghen en Christian Eriksen waren zestien toen ze als kind uit België en Denemarken werden weggehaald bij hun ouders en werden ondergebracht bij pleeggezinnen'.
'De Denen Viktor Fischer, Nicolai Boilesen en Lucas Anderson waren ook pas zeventien toen zij een contract bij Ajax tekenden en de dit seizoen uit Kroatië weggehaalde Robert Muric is pas achttien jaar. Ook hun ouders nemen en namen een risico met de opvoeding, met één verschil: bij Ajax hebben spelers wel een kans van slagen, bewijzen Vermaelen, Vertonghen en Eriksen', beantwoordt Barend zelf zijn vraag.