Robben: "Ik vind het altijd best moeilijk om over mezelf en leiderschap te praten"
Arjen Robben is tegenwoordig meer dan een buitenspeler die erg goed kan voetballen. Op het WK in Brazilië ontpopte de voorhoedespeler van het Nederlands elftal zich tot natuurlijke leider van de groep. Hij is één van de aanvoerders van Oranje.
"Ik vind het altijd best moeilijk om over mezelf en leiderschap te praten", zegt Robben in gesprek met het Algemeen Dagblad. "Het doet me zeker iets dat ik tegenwoordig complimenten krijg voor meer dan het voetballen alleen. Maar ik zie het niet zo dat ik als persoon heel erg ben veranderd sinds ik bij Oranje één van de aanvoerders ben."
"Bij dit WK hadden we Dirk, Robin, Wesley, Klaas-Jan, Nigel en ik. Slechts een klein groepje dat al veel toernooien had gespeeld. De rest had er nog geen enkele ervaring mee, of amper. Dan komt er vanzelf meer op je schouders", legt Robben uit.
In het duel met Costa Rica was het echter Robben die de groep voor de verlenging toesprak, een minuut lang, op het veld. "Heel veel mensen hebben me aangesproken op die beelden. Het gebeurde in de emotie van het moment. Normaal heb je dat soort gesprekken in de kleedkamer, nu bleven we buiten. Ik had heel erg het geloof: we moeten en we zullen nu doorpakken. We kunnen de finale halen van het WK! Ik voelde aan alles: het zit erin. Die energie wil je dan overbrengen."
Op de vraag of hij tegenwoordig meer deelt met collega-aanvoerder Robin van Persie in vergelijking met drie jaar terug is Robben duidelijk. "Mwah, weet ik niet. Dat gaat net iets te ver, denk ik. Kijk, je deelt best veel met elkaar, maakt veel mee. Maar we gaan niet samen op vakantie of zo. Wat ik met Robin deel is de trots van het mogen aanvoeren van je land."
Robben ging in op het leiderschap bij Oranje, in het AD keek hij daarnaast ook terug naar het afgelopen WK. Waar er weer een teen een negatieve hoofdrol speelde en waar hij weer samenwerkte met Van Gaal, de trainer waarmee hij een speciale band heeft.