"Toen schoot de trainer in de lach, hij zei dat ik de band moest dragen"
Cuco Martina is dit seizoen bij FC Twente de tweede aanvoerder. In de eerste competitiewedstrijd startte hij zelfs met de band, omdat eerste aanvoerder Andreas Bjelland geblesseerd was.
"Vroeger zeiden trainers weleens tegen me dat ik de uitstraling van een leider had. Ik vroeg me altijd af wat ze dan precies in me zagen. Ik had ook nooit verwacht dat ik nu als tweede aanvoeder zou gekozen worden. Pas in de voorbereiding op dit seizoen kreeg ik voor het eerst de band om mijn arm", zegt Martina, die met de Tukkers als vijfde de winterstop is ingegaan, in de Twente Inside.
"We speelden tegen Konyaspor en Andreas Bjelland werd in de rust gewisseld. De trainer zei toen tegen me 'Cuco, de band'. Ik dacht dat ik hem aan iemand anders moest doorgeven. Toen schoot de trainer in de lach. Hij zei dat ik 'm moest dragen", vervolgt Martina. "Pas later na een gesprek met de trainer ging ik echt geloven dat hij mij als reserveaanvoerder wilde hebben."
"Ik zie mezelf niet als een leider, maar geloof wel dat ik er één kan worden. Het neemt wel extra druk met zich mee, ik moet me meer laten geld in het veld, me met de coaching van andere spelers bezig houden. Dat is soms best lastig, aangezien ik zelf ook nog volop in ontwikkeling ben en daardoor soms ook fouten maak. Maar verder bevalt het reserveaanvoerderschap me tot dusver prima", besluit de mandekker.