Ook Van der Vaart lonkt naar Amerika: "Dát maakt het interessant voor spelers"
Voetballen in de Verenigde Staten wordt voor steeds meer spelers een serieuze optie. Sterren als Kaká en David Villa voetballen al in de Major League Soccer, Steven Gerrard en Frank Lampard arriveren in de zomer en ook Rafael van der Vaart lonkt naar het geld in Amerika.
Volgens Danny Koevermans is geld echter niet de belangrijkste reden om naar Amerika te trekken. "Het salaris dat ze hier krijgen, kunnen ze ook in andere landen verdienen", zegt de spitsentrainer van FC Utrecht, die tussen 2011 en 2013 voor Toronto FC speelde, in het Algemeen Dagblad. "Maar in Amerika is alles goed geregeld en er zijn zo veel prachtige steden. Dát maakt het interessant voor spelers."
Het Amerikaanse voetbal is in opkomst. Afgelopen weekend zaten er liefst 60.000 mensen op de tribune bij de openingswedstrijd tussen het Orlando City van Kaká en het New York City van Villa. Volgens Koef moet het voetbal niet worden onderschat. "De spelers zijn atleten en de wedstrijden worden op het scherp van de snede gespeeld. Je kan er echt niet meer komen afbouwen. Ik durf te beweren dat alle ploegen in de MLS niet zouden degraderen uit de Eredivisie."
Dave van den Bergh, die ook als speler in Amerika uitkwam en daar nu als trainer werkt, ziet na de komst van bijvoorbeeld Thierry Henry, Alessandro Nesta, Rafael Márquez en Freddie Ljungberg een kentering. "David Villa is geen oude man, hij is 33. Die jongen zou bij elk team in de Champions League nog meekunnen en z'n goals maken."
"Dat is tekenend voor de verschuiving die plaatsvindt in de MLS. Eerder kwamen topspelers hier vooral op latere leeftijd om hun zakken te vullen. Tegenwoordig komen ze als ze echt nog niet in de herfst van hun carrière zijn. Er ligt hier voor hen ook een sportieve uitdaging", aldus Van den Bergh in het AD.