'Hij had al jarenlang de linksback van het Nederlands elftal kunnen zijn'
Jong Oranje vierde tien jaar geleden grote successen, met twee EK-titels op rij. In retrospectief kan er echter gesproken worden van een verloren generatie.
Otman Bakkal, Royston Drenthe en Daniël de Ridder meldden zich onlangs in het rijtje met clubloze voetballers, die tien jaar geleden Europees kampioen werden. Foppe de Haan, de toenmalige bondscoach, kijkt echter liever naar de spelers die het 'grote' Oranje wél haalden, zoals Ryan Babel, Hedwiges Maduro en Erik Pieters.
"Hedwiges heeft na het EK flinke progressie geboekt, heeft het natuurlijk aardig gedaan. Bij Erik Pieters was het altijd net niet. Toen hij vaste waarde werd bij PSV, dacht ik: nu gaat hij doorstoten, maar een blessure wierp hem terug", aldus de Fries in het Algemeen Dagblad. "Ron Vlaar heeft er alles uit gehaald, maar velen hebben de beloften niet waargemaakt."
"Ryan Donk had alles. Lengte, snelheid, fysieke kracht. Kon goed koppen. En Royston Drenthe had al jarenlang de linksback van het Nederlands elftal kunnen zijn. Maar hoe ga je om met tegenslag? Sommigen waren te gevoelig. De meeste jongens van deze generatie hadden wel de kwaliteiten, maar misten toch de gedrevenheid, de absolute drive om te slagen voor de Europese top.''