Tip voor Ajax: "Goede spitsen komen uit de provincie, de druk is minder"
Bij Ajax is de spitspositie dit seizoen niet sterk bezet. Arek Milik en Yaya Sanogo zijn momenteel geblesseerd, maar hebben ook nog geen indruk kunnen maken in de ploeg van coach Frank de Boer. Youri Mulder analyseert het spitsenprobleem van Ajax voor de NOS.
Mulder denkt dat de lat bij Ajax te hoog ligt voor spitsen die aan het begin van hun loopbaan staan. "Spitsen moeten rijpen. Die staan er niet meteen. Dat is een proces en dat vergt tijd. Het heeft ook iets ongrijpbaars. Op de goede plek staan is niet aan te leren. Maar ik snap ook wel dat een club als Ajax niet te lang kan wachten."
Sinds Luis Suarez heeft Ajax geen onbetwiste topspits meer gehad. Voor Siem de Jong was het niet zijn favoriete positie en Kolbeinn Sigthórsson werd nooit onbesproken. Dit seizoen werden Arek Milik, Yaya Sanogo, Anwar El Ghazi, Viktor Fischer, Lasse Schöne en Davy Klaassen al geprobeerd op de 'nummer 9-positie'.
"Een Ajax-spits moet goed zijn in de kleine ruimte, altijd aanspeelbaar zijn en natuurlijk doelpunten maken. Ik vind Milik een uitstekende speler, maar bij Ajax schiet hij tekort in de kleine ruimte. Ik vind het nog te vroeg om te oordelen over El Ghazi. Hij is wel sterk. En het kan werken dat een buitenspeler naar het centrum van de aanval verhuist. Dat hadden wij bij FC Twente bijvoorbeeld met Nacer Chadli."
"Goede spitsen komen tegenwoordig uit de provincie. Kijk maar naar Klaas-Jan Huntelaar, Bas Dost en Luuk de Jong", vervolgt Mulder grappend. "Dat zijn wel allemaal voorbeelden van jongens die langzaam gebracht zijn. De druk was in de jeugd voor hen minder dan voor een spits in de Ajax-junioren." Mulder denkt dat het probleem niet alleen bij Ajax ligt. "Het is wel gek dat Ajax, PSV en Feyenoord moeite hebben om eigen spitsen op te leiden. Luc Castaignos was bij Feyenoord de laatste. Terwijl bij die clubs de jeugdspitsen voldoende doelpunten kunnen maken."