'Onmogelijke' erfenis bij Ajax: "Ik speelde met Zlatan in een tweespitsensysteem"
Talloze spitsen passeerden in de afgelopen jaren de revue bij Ajax. Sommigen slaagden, veel spelers faalden. Een nummer 9 moet in Amsterdam aan zó veel eisen voldoen, dat de druk op zijn schouders vaak te groot blijkt. Onder meer de geflopte Wesley Sonck spreekt van een zware erfenis.
"Bij elke nieuwe club moet je wennen. Maar bij Ajax is dat aspect enorm. Je komt bij een club waar het speltype onderdeel van de clubcultuur is. Als nieuweling kost alles veel kracht. Je werkt en traint keihard om niet te falen. En dan moet je ook nog voetballen zoals je nooit gewend was. Dat vreet energie", aldus Sonck (foto) in het Algemeen Dagblad.
Dat Ajax altijd vast houdt aan een 4-3-3 formatie was voor de Belg ook moeilijk te begrijpen. "Ooit speelde ik met Zlatan op het vriendschappelijke Amsterdam Tournament samen in een tweespitsensysteem. Mijn beste herinnering. Maar ja, dat paste niet bij Ajax...''
Stefan Pettersson, eind jaren tachtig en begin jaren negentig Ajacied, was wél een succes in Amsterdam. "Eigenlijk moet je een alleskunner zijn, maar dan speel je tegenwoordig niet meer bij Ajax. Je kunt technisch zijn en heel je leven al makkelijk scoren, maar bij Ajax draait het op een bepaald moment alleen maar om wat er tussen je oren gebeurt", zegt de Zweed.
"Een scout kan de voetbalkwaliteiten van een speler perfect in beeld brengen. Maar hoe een spits met de druk van het grote Ajax omgaat, is altijd afwachten. Dat weet je pas als het te laat kan zijn", besluit Petterson.