De Tien: grootheden die nooit succes hadden met hun land
Bij grote spelers horen ook grote prijzen, zou je denken. Toch zijn er genoeg sterren die met hun land geen potten wisten te breken. Daarom vandaag in De Tien: grootheden die nooit succes hadden met hun land.
10. Lionel Messi
De Argentijn zwaaide direct na de verloren Copa America-finale tegen Chili af als international. De beste voetballer van dit moment won echter nooit de Copa. Drie keer stond hij in de finale met Argentinië en in 2014 verloor hij de WK-finale van Duitsland. Het zit niet bepaald mee bij de nationale ploeg.
9. David Beckham
De man met de fluwelen traptechniek pakte in clubverband veel prijzen met Manchester United en Real Madrid, maar met Engeland lukte het maar niet. De voormalig captain van The Three Lions was nog te jong toen het op het EK van 1996 in eigen land moest gebeuren. De jaren daarna waren erg mager voor de Engelsen.
8. Michael Ballack
Een Duitser met bijna honderd interlands achter zijn naam die geen succes met zijn land had is bijna zeldzaam te noemen. Ballack debuteerde in 1998 in Die Mannschaft en was sinds 2004 aanvoerder. In 2002 was Ballack dichtbij, maar Duitsland verloor de WK-finale van Brazilië.
7. Raúl González
Raúl bedankte in 2006, op 31-jarige leeftijd, voor het nationale elftal van Spanje. De jaren daarna won La Selección tweemaal het EK en in 2010 het WK. De doelpuntenmachine maakte 42 doelpunten in 102 interlands, maar reikte met Spanje nooit verder dan de kwartfinale op een EK en WK.
6. Eusébio
De beste speler van Portugal aller tijden speelde 64 interlands, waarin hij 41 doelpunten maakte. De Zwarte Parel speelde jarenlang voor Benfica, waar hij een doelpuntenmoyenne van 1,05 goals per duel had. Met het nationale elftal werd hij derde op het WK van 1966. Eusébio overleed op 5 januari 2014 op 71-jarige leeftijd.
5. Javier Zanetti
Twee jaar geleden zette Zanetti een punt achter zijn carriere. De onuitputtelijke verdediger speelde sinds 1995 onafgebroken bij Internazionale en is recordinternational (145 caps) van Argentinië. De Stille Motor speelde op het WK 1998 tegen Oranje in de kwartfinale, wat destijds ook het eindpunt voor Argentinië betekende.
4. Éric Cantona
Rond Eric Cantona was altijd wel wat te doen. Zowel op het veld als daarbuiten was hij vaak het gespreksonderwerp. Waar hij bij Manchester United de sterrenstatus had verdiend, was dat bij Les Bleus erg wisselend. Het EK van 1996 was zijn dieptepunt, omdat hij door zijn wereldberoemde kung-fu kick op Selhurst Park geschorst was.
3. Jean-Marie Pfaff
Pfaff maakte deel uit van de gouden generatie van de Belgen in de jaren tachtig. Op het EK 1980 verloor hij de finale van Duitsland. Zo dichtbij waren De Rode Duivels nog nooit bij een hoofdprijs geweest. Pfaff was op het WK 1986 één van de uitblinkers. Toch lag de doelman niet best in de groep, omdat hij vond dat zijn kwaliteiten niet voldoende erkend werden.
2. Cristiano Ronaldo
Tegen Hongarije vestigde Ronaldo opnieuw een record door als eerst speler ooit op vier EK's te scoren. In 2004 verloor hij met Portugal de finale in eigen land van het verrassende Griekenland (0-1). Twee jaar later reikten Ronaldo en Portugal tot de halve finales op het WK 2006.
1. Johan Cruijff
Of hij de beste voetballer ooit is, kunnen we moeilijk zeggen. Dat hij de beste Nederlandse voetballer aller tijden is, staat buiten kijf. De revolutionaire Cruijff is de grondlegger van het moderne Nederlandse voetbal, maar Nummer 14 wist met Oranje nooit een hoofdprijs te pakken. In 1974 verloor hij in de finale met 2-1 van West-Duitsland. Cruijff overleed op 24 maart dit jaar aan de gevolgen van kanker.
